Het P-woord en andere hoogte- en dieptepunten

Het P-woord en andere hoogte- en dieptepunten

Zondag 9 maart 2014. Op de mooiste dag van het jaar, waarop het kwik op sommige plaatsen een temperatuur van 20 graden Celsius bereikte, beleefde ik een dieptepunt in mijn duivenloopbaan.  Na een week die toch gekenmerkt werd door andere hoogte- en dieptepunten aanschouwde ik tijdens het enten van mijn duiven de klinische verschijnselen van de ziekte Paratyfus met eigen ogen. Iets dat ik nog niet eerder zag in de 30 jaar dat ik nu duiven bezit. Helaas ….

Het betrof twee kweekduivinnen. Eén mankte al een aantal dagen echter ondanks diverse observaties bemerkte ik vandaag pas een verdikking in het kniegewricht. Bij de ander , één van de laatste die de enting zou krijgen, constateerde ik een bult op haar vleugel die ze ook iets liet hangen. Ze zat al dagen ‘niet lekker’ maar voerde haar jongen goed en ook met vliegen zag ik geen probleem. Aanvankelijk wilde ik beide duivinnen vaccineren om te kijken wat er mee zou gebeuren, echter in tweede instantie besloot ik ze te verwijderen. Waarschijnlijk komt het toch niet meer goed en daarnaast zal er altijd twijfel over deze duiven blijven bestaan. Jammer de één was een goede vliegster die haar waarde op het kweekhok nog niet echt had kunnen bewijzen. De ander was een kind van de stamvader van een topspeler met internationale allure.

Bij twee tot drie andere duivinnen werden geen uiterlijke verschijnselen geconstateerd maar was de conditie en/of het gewicht erbarmelijk. Veel te licht en veel te veel getekend ogenschijnlijk door de kweek. Ook bij een jonge kweekdoffer was ik niet erg content.

Al deze gevallen zal ik goed in de gaten houden. Eerst de komende uren  en als ze deze doorkomen de komende dagen. Alle duiven die ‘in elkaar gaan’ zullen geëuthanaseerd worden. De ziekte moet tot stand worden gebracht.

De ziekte lijkt overigens onder de vliegploeg veel minder dominant aanwezig. Vooral de duivinnen bleken tijdens het enten in opperbeste conditie. Rond, wellicht iets te zwaar met prachtige kleine staartjes. Of deze conditie komt door de ruime volières met voldoende frisse lucht of doordat ze geen jongen hebben groot gebracht, ik weet het niet.

Ook bij de vliegdoffers, die voorlopig als thuisblijver door het leven zullen gaan, was de conditie ook alleszins behoorlijk. Zelfs de heren die slechte mest produceren vertoonden in de hand geen sporen van zwakte. Merkwaardig en wellicht hoopgevend. De tijd zal het leren. De komende week zal ik met ‘positieve stoffen’ als Probiotica door het water en in de vorm van Vifit Yoghurt over het voer proberen de darmflora op een hoger peil te brengen. Medicijnen zijn uit den boze want de duiven werden geënt met levende entstof.

De keuze van de entstof werd naar ampel beraad gebaseerd op het feit dat levende entstof zorgt voor een langdurige(re) bescherming dan dode entstof. Bovendien werd er in november al gespoten met dode entstof . Dit was ook nu een alternatief maar dit zou tot gevolg hebben gehad dat er tweemaal in korte tijd gespoten diende te worden. Niet aan te bevelen met het seizoen op komst en ook nog een vaccinatie tegen de Paramixo in de planning.

Aan het gebruik met levende entstof in een besmettingshaard zitten risico’s. Duiven die reeds verzwakt zijn kunnen hierdoor omvallen. Iets dat ik misschien wel prefereer omdat dan duidelijk wordt wie de zwakke broeders zijn. Alleen de sterken dienen over te blijven want uiteindelijk moeten ze zelf voldoende weerstand hebben om aan de besmettingsdruk weerstand te bieden.

Het advies over het risico van levende entstof kreeg ik overigens van een sportvriend uit Belgisch Limburg. Hij consulteerde er zelfs zijn dierenarts voor (Vincent Schroeder).

Überhaupt heb ik veel advies gekregen. Het blijkt dat Paratyfus een  veel groter probleem is dan in het algemeen gemeld / verteld wordt.  Uit alle windstreken kreeg ik goede raad. Van melkers uit de kop van Noord Holland (met Nanne Wolff als behandelend geneesheer), van melkers uit het Groene hart (met Hans van der Sluis als medicus van dienst), van een melker uit de Noordoostpolder (met Fernand Marien als veearts) en ook van een topmelker uit het uiterste Zuiden (met Norbert Peeters als behandeld veterinair).

Hartverwarmend om mee te maken maar soms wel een beetje verwarrend. Iedere dierenarts heeft namelijk zijn eigen visie op de bestrijding van deze moeilijk te bestrijden ziekte. Soms kon / kan ik het woord Paratyfus bijna niet meer horen. Ik heb het inmiddels een beetje verdrongen  en dus vandaar de kop ‘P-woord’. Ook heb ik besloten mij te houden aan het advies van ‘mijn witte jas’ uit het Zuiden van ons land (Peter Boskamp) en hoogstens met hem te discussiëren over de behandeling aan de hand van de adviezen die ik van anderen krijg. Een interessant (en reeds ouder artikel) schreef deze bevlogen dierenarts al ruim 5 jaar geleden. http://www.duivensites.nl/default.asp?ContentId=1877&LanguageId=31&NewsId=54505&Title=Paratyfus

Gezondheidscontrole

Voorafgaand aan het dieptepunt van zondag was er op de zaterdag sprake van een topdag. Samen met een sportvriend uit de Hoekse Waard bezocht ik eerst het lokaal van PV Deuteren in Den Bosch. Hier verrichte mijn dierenarts een gezondheidscontrole. Even bijpraten met Peter en met de mannen in de vereniging die ik door mijn diverse winterse bezoeken al aardig begin te kennen. Opvallend was de grote opkomst. De Bosschenaren zijn er al echt mee bezig en proberen de duiven ruim voor het seizoen al goed op punt te zetten.

Wachten op de dierenarts 2

Het bezoek aan Den Bosch was de opmaat voor het eigenlijk doel van de reis. De huldiging van The Best of the Best in partycentrum Wijnand van Delft in Drunen. We arriveerden iets te laat en gelukkig was de voorzitter van de NPO al bijna klaar met zijn speech. De mannen in Veenendaal zijn van goede wil maar met een groot deel van hun plannen ben ik het volstrekt oneens.

Na de beleidsmatige woorden begon André van der Wiel aan zijn werk. André maakt van de huldiging een echt spektakel. Hij bereid zich goed voor en heeft voor iedere winnaar veel aandacht. Ook voert hij altijd een gesprekje met de winnaar in kwestie hetgeen de ene keer vlotter verloopt dan de andere keer. Soms levert het ook leuke wetenswaardigheden op. Zo had één van de winnaars, naar ik meen Ben de Keyzer uit Berkel en Rodenrijs, een meer dan interessant verhaal over de havik en hoe hiermee om te gaan. De liefhebber in kwestie is namelijk beroepsmatig met roofvogels in de weer en weet hierdoor veel, zo niet alles over de gedragingen van één van onze grootste kwelgeesten. Als het goed is wordt er binnenkort meer over geschreven in het Spoor.

Een persoonlijk hoogtepunt beleefde ik door twee bezoeken aan het podium. Het is eens wat anders om niet vanuit de zaal naar een podium te kijken maar vice versa. Het went al aardig (ha, ha).

Huldiging TBOTB site

Hopelijk weet, ondanks het gedoe met het P-woord, het komend seizoen ook een duif (of het liefst een aantal duiven) zich dusdanig te onderscheiden dat een bezoek aan de podia ook komende winter weer mogelijk is. Het smaak namelijk naar meer.

Opvallend is de grote gunfactor tijdens een evenement als dit. De kampioenen onder elkaar weten maar al te goed wat je er voor moet doen om op het podium te mogen komen. Het respect voor elkaars prestaties is dan ook groot en dit vertaalt zich in een prima sfeer met veelal open gesprekken over alle onderwerpen binnen onze sport. De tijd vloog dan ook voorbij.

Huldiging TBOTB site 2

Aan het eind van de middag deed een gesprek met een bestuurder van mijn afdeling mij echter ook op deze optimistische middag/avond beseffen dat sommige bestuurders (en verenigingsafgevaardigden) het nooit leren. De bestuurder meldde mij dat het voorstel om het aantal kampioenschappen in het rayonspel terug te brengen naar vijf per categorie op de ledenvergadering die de vrijdagavond plaats had gevonden was aangenomen. Ook het Generale kampioenschap was afgeschaft.

Dom, dom, dom als je het mij vraagt. Natuurlijk hebben we veel kampioenen maar kampioenen zijn in het algemeen tevreden liefhebbers. En juist ja tevreden liefhebbers stoppen in de regel niet met de duivensport. Althans niet uit frustratie over tegenvallende prestaties. En wat doen onze niet zo slimme bestuurders nu, ze beperken het aantal kampioenen. Niet zo handig als je het mij vraagt want nu knarsetandt niet nummer elf uit de stand maar reeds nummer zes. Hopelijk zijn er rayoncommissies zo verstandig om zelf het aantal kampioenen (officieus) vast te stellen ……

OP EIGEN HOK

Hierover is helaas eigenlijk al veel te veel geschreven. Rest mij te melden dat de Firma Habru haar naam als topbedrijf ook deze keer weer waarmaakte. Reeds op dinsdag waren de pootjes van langere lengte reeds in mijn bezit (na een mailtje op zondagavond). Klasse mannen! De eerste volière staat dan ook keurig. Een klein hoogtepuntje. Zie onderstaande foto!

De voliere op de juiste pootjes

Tot volgende week!

Michel Beekman