De tijden veranderen

De tijden veranderen

Zondag 6 maart 2016. Door een telefoontje van mijn werk was het iets eerder reveille dan gepland. Er was een probleem op één van de machines en dan zoekt men even contact. Het zorgde er in ieder geval voor dat het geplande schrijven van dit weekstukje verschoof van de middag naar ochtenduren. Dit biedt dan misschien wat kansen om de verslagen van mijn bezoeken aan de twee Bossche liefhebbers van januari uit te werken. Of het er van komt week ik nog niet zeker. De duiven vragen momenteel veel tijd en ik heb ook een beetje last van een soort writersblock als het aankomt op het schrijven van reportages.

Mijn bestaan is, zoals inmiddels wel bekend,  best gevuld en als er dan wel eens een uurtje vrijvalt dan ontbreekt nog wel eens de inspiratie om iets aan het digitale papier toe te vertrouwen. Zo nam ik mijn aantekeningen van de bezoeken aan deze toppers afgelopen week al mee op mijn dienstreis naar Duitsland met de gedachte wel ergens een uurtje vrij te kunnen maken om deze wat verder uit te werken. Niet dus, op het vliegveld was het tijdens het wachten twee keer geen doen en eenmaal op mijn hotelkamer aangekomen ontbrak mij gewoonweg de puf om achter het laptopje te kruipen.

Het duurt dus nog even mannen (sorry hiervoor) mede omdat ook de weekeinden de laatste tijd “lekker” gevuld zijn met bijzonder leuke duiven activiteiten. Na het top weekeinde in Lier / Broechem volgde dit weekeinde weer een topdag. Ditmaal was de 21e voorjaarsbeurs in Houten de locatie.

De voorjaarsbeurs is inmiddels meer dan een begrip in ons wereldje. Niet alleen in Nederland maar ook ver daar buiten. De tijden veranderen dus want waar je rond de eeuwwisseling een verdwaalde Duitser of Belg tegenkwam op één van de beurzen, kom je nu hordes liefhebbers tegen uit vrijwel heel Europa. Waar het bij ons in het Westelijk deel van Europa met de sport slecht gaat is het elders toch nog (zeer) aantrekkelijk om aan duiven te beginnen. Iets dat mij wel frappeert omdat toch ook daar de geneugten van de moderne consumptie maatschappij zijn doorgedrongen of beginnen door te dringen. Kennelijk zorgen internet en anderen 21e -eeuwse zaken daar voor minder afleiding. Gisteren sprak (of probeerde) ik te spreken met een melker uit de Oekraine! Dit was een aantal jaar geleden niet voor te stellen.

???????????????????????????????

 

Ook in een ander op zicht veranderen de tijden. Gisteren stond ik samen met sportvriend Henri in de stand van Bony Farma om het nieuwe boek “Duiven gezond houden” van Peter Boskamp aan de man te brengen. Peter doet op de achter- en voorgrond veel goed werk voor de sport en wij wilden hem hier voor een steuntje in de rug geven door te proberen wat boeken te verkopen.

Op voorhand had ik gedacht het boek redelijk makkelijk te verkopen omdat het een prachtig vormgegeven boek is voor een behoorlijke maar faire prijs gezien de kwaliteit en inhoud. Eerlijk gezegd viel dit nog niet helemaal mee. Het lijkt er op dat in deze veranderende tijden de moderne en vooral minder moderne liefhebber geen boeken meer leest. Een enkele bezoeker sprak dit ook letterlijk uit. Terwijl ook zelf na goede gesprekken, waarin ik dacht deze melker gaat het boek echt kopen, de koop toch niet gesloten werd. Dit zelfs ondanks de mooie beursaanbieding want bij het boek kreeg de koper een flesje SGR gratis waardoor de netto prijs toch fors daalde.

Zoals gezegd de tijden veranderen want toen ik  ooit eerder in een stand op een beurs stond verkocht leeswaar als warme broodjes. In het begin van de jaren negentig bracht ik voor de destijds nog best prominente “Fondkrant” abonnementen aan de man. Zonder al te grote inspanningen werden de abonnementjes die een vergelijkbaar bedrag kosten afgenomen.

De Nederlands duivensport was in die jaren “booming”. De afnemers waren allen toen nog relatief jonge liefhebbers van tussen de 40 en 50 jaar. Of jonger. Deze grote groep vrat iedere vorm van informatie, of het nu een videofilm was of een krantje of een boek. Men wilde vooruit. Omdat Internet nog niet bestond betaalde men er grif voor.

In deze nieuwe tijden wil de moderne mens niet betalen voor informatie. Men is verwent door al het gratis aanbod op Internet. Iets dat je niet alleen bij duivenboeken, krantjes of dvd’s ziet maar ook (en vooral ook) bij kranten en tijdschriften in ons “gewone” dagelijkse leven. Het aantal betalende lezers loopt terug en de uitgevers worstelen om het hoofd boven water te houden.

In onze duivenwereld is het dus niet veel anders. Veel melkers vertrouwen op het internet als informatiebron. Naar mijn bescheiden mening is dit een onvermijdelijk maar wel een beetje gevaarlijke tendens. Veel liefhebbers kunnen namelijk het verschil tussen de vaak oppervlakkige informatie op het worldwide en de kwaliteit van het geschreven woord in boekvorm niet meer onderscheiden.

Ook zorgt het gebrek aan leeszucht en/of koopzucht voor het afsterven van  deze leuke initiatieven. Ik sprak met een maker van dvd’s en van de verkoop werd hij niet echt vrolijk. Het zal dan ook nog wel even duren voordat er weer een nieuwe dvd van zijn hand verschijnt.

Niet veel anders is het met de schrijvers van boeken. Vriend Peter schreef zijn boek als een soort legacy. Als vastlegging van zijn gedachtengoed en ter ondersteuning van zijn in zijn praktijk toegepaste filosofie, dus hem zal de moeilijkere verkoop niet zo deren. Zijn boek houdt de komende jaren zijn waarde en zal de weg naar de lezer uiteindelijk toch wel vinden. Echter het verklaart wel het geringe aantal nieuwe duivenboeken dat verschijnt en het zal toekomstige uitgevers van duivenboeken wel tweemaal doen nadenken voordat ze de tijd nemen en kosten maken om een boek (of ander product) uit te geven. Best jammer eigenlijk, vooral omdat dit vaak ook dezelfde mensen zijn die internet voorzien van informatie ….

Het lijkt er echter op dat de liefhebbers liever een potje kopen met een goed verhaal dan er eerst informatie over in te winnen. Dat wil zeggen zich te verdiepen in de werking voordat men iets koopt.

Bovenstaande neemt niet weg dat ik bij het slijten van de boeken toch een bijzonder groot aantal “prettige gesprekken” voerde. Met melkers uit alle windstreken, van jong tot oud. Hierbij viel wel op dat vooral de wat jongere melker super geïnteresseerd waren in wat ik voor het gemak maar even de medicijnarme methode noem. Zij kochten dan ook in de regel  wel het boek ….

Door de aandacht voor de verkoop van het boek beleefde ik dus een beurs die anders was dan anders. Tijdens de grote drukte bleef ik op mijn plekje, toen het wat stiller werd was er tijd om de beurs te verkennen. Opvallend was de drukte in de “PIPA-booth”. Het gratis biertje of andere drankje zorgde voor veel aanloop ten tijden van het afhaaluurtje van de certificaten van de ‘PIPA RANKING 2015”. Zelf mocht ik ook een dergelijk certificaat in ontvangst nemen. Best een leuk initiatief.

PIPA Ranking 2015

Hierna maakte ik nog snel een rondje over de toen al behoorlijk lege beurs. Veel verkopers van duiven hadden een prima dag want de meeste kooitjes waren al leeg! Ook bij de stands van duivengoederen waren al de nodige gaten in de voorraad geslagen. De melkers maken zo’n maand voor het seizoen duidelijk gebruik van de gelegenheid hun voorraadkast aan te vullen hetgeen met alle interessante beursaanbiedingen best een slim idee is. Zelf kocht ik een aantal kleine zaken (krabbers en rekjes voor onder de drinkbakken) maar velen gingen met karren vol richting de parkeerplaats.

Ook sprak ik tijdens mijn rondje nog even over het thema van afgelopen winter: de inkorfbeperking. Veel nieuws leverde dit niet  op, de meesten zijn of lijken het alweer vergeten. Op naar het seizoen, al wees een standhouder mij nog even op de tekst op de site van meesterschrijver AS. Ad reageerde in zijn logboek op mijn weekstuk van een paar weken geleden.

Eenmaal thuis aangekomen las ik het logboek van AS nog even na en de eerlijkheid gebied mij te zeggen dat ik de passage over “ruzie en het zoeken hiervan” niet helemaal niet begreep. Ik ben namelijk helemaal niet het ruzie zoekende type. Wat mij alleen stoorde (stoort) aan de discussie over de inkorfbeperking was (is) dat deze zo eenzijdig gevoerd werd (en soms nog wordt). Zoals de vaste lezers van mijn weekstukken al vaker hebben kunnen lezen ben en blijf ik van mening dat je de duivensport niet alleen eerlijker maakt door het beperken van het aantal ingekorfde duiven. Ik ga ze niet herhalen maar ik het blijf het jammer vinden dat andere blogschrijvers (waaronder de door mij zeer gerespecteerde AS) zo makkelijk voorbij gaan aan de andere factoren die duivensport ook oneerlijk maken.

 

OP EIGEN HOK

Hier valt niet heel veel bijzonders te melden. De eerste ronde jongen is gespeend. Het waren er 46. Door het leveren van 8 jongen aan een liefhebber die zijn bonnen gekocht in de winter van 2013 -2014 nog moest verzilveren zitten er nu 38 in het jonge duivenhok. In de nesten kipt echter alweer de volgende groep uit de eieren dus zal het uiteindelijk met het aantal wel goed komen.

De toekomstige weduwduivinnen werden afgelopen week helaas nog niet losgelaten. Ik vond het simpelweg te koud, terwijl ook mijn dienstreis mij deed besluiten het loslaten nog even uit te stellen. Het is immers geen fijn idee niet thuis te zijn en duiven op het dak te hebben zitten. De gedachte was om ze afgelopen vrijdag in vrijheid te stellen maar toen zorgde natte sneeuw voor het eigenlijk ongewenste uitstel. Deze week moeten ze er echter echt aan geloven. Het seizoen wacht namelijk op niemand!

Tot volgende week,

Michel Beekman