Een dagje naar Terneuzen

Een dagje naar Terneuzen

Zondag 15 maart 2015. Het aftellen naar het vliegseizoen is inmiddels echt begonnen. Over 4 weken zit de eerste wedvlucht er al op! Een en ander betekent ook dat het gedaan is met de ‘vrije’ zaterdagen. Dat wil zeggen geen feestjes, uitstapjes en andere duiven gerelateerde activiteiten meer. De duivensport speelt zich weer af binnen haar episch centrum, het eigen erf, hok en vereniging.

Zeeland. Maar goed de komende 3 weken is er nog ruimte om het één en ander te ondernemen ook al moeten de duiven tussendoor nog wel even opgeleerd worden. Als de weergoden mee willen werken overigens. Dit laatste was gisteren niet het geval want het was koud en grijs. Jammer voor de werkenden. Na prachtige weer tijdens de werkzame uren was er nu geen mogelijkheid om te lappen. Althans niet bij mij in de buurt. Opleren had overigens wel gekund in Zeeland. Daar scheen rond 12:30 uur de zon volop tussen de wolken door!

Vervlogen tijden. Veel gelapte duiven zag ik niet want vrij kort nadat ik Zeeland binnenreed zat ik binnen. In het roemruchte duivenlokaal ’t Keldertje in Terneuzen. Een café eigenlijk.  Een café waarin zich veel duiven activiteiten afspelen. In het Zuidelijke deel van Nederland nog vrij normaal maar voor mij als Randstedeling iets uit vervlogen tijden. In mijn jeugdjaren bezocht ik frequent het café aan de Linnaeusstraat in Amsterdam dat als bondslokaal fungeerde. Hier werden na de wedvluchten de bescheiden verzameld en zetelde de concours- en controle commissie. Het was er na de vlucht altijd mega druk en de kastelein deed goede zaken.

't keldertje

Verkoping. Heel af en toe vond er in het zogenaamde bondslokaal ook weleens een verkoop plaats. Hieraan moest ik onmiddellijk denken toen ik even na 12:30 uur de deur van de lokaliteit opende. In ’t Keldertje, waar in het seizoen ook duiven ingekorfd kunnen worden voor Vlaamse vluchten, was het nog redelijk leeg. Een tiental melkers schuifelden rond de 84 tentoonstellingskooitjes met hierin de te verkopen duiven. Jonge, speenklare, duiven gekweekt door het Zeeuws-Vlaamse fenomeen Herman Calon uit Hoofdplaat. Onder de vroege liefhebbers was ook een Belgische liefhebber uit Nazareth met wie ik geregeld mailcontact heb maar die ik nog nooit in levende lijve ontmoet had. Altijd leuk!

Grootmeester. Herman Calon hoort al een eeuwigheid tot de top van de Zeeuwse en Nederlandse duivensport. Al jaren stond hij als één van mijn favoriete liefhebbers op mijn te bezoeken-hokken-lijstje. Vanwege zijn sterke prestaties op werkelijk alle soorten vluchten maar ook vanwege de sympathieke gesprekjes, die altijd terloops, met hem gevoerd werden. Tot een concreet hokbezoek was/is het nog nooit gekomen, deels door mijn verlegenheid maar vooral door de afstand. Hoofdplaat is meer dan 2 uur rijden van Aalsmeer en dat hindert het bezoeken van zo’n grootmeester toch wel een beetje. Vrijdagavond vielen echter alle puzzelstukjes in elkaar en werd besloten op zaterdagmorgen af te reizen naar de grootste stad in Zeeuws Vlaanderen om eens te zien welke duiven deze grootmeester te koop aan bood.

Duiven beoordelen

Triest verhaal. Het waarom achter de verkoop van zijn eerste ronde blijft een triest verhaal. Herman Calon is namelijk al jaren gewikkeld in een juridische strijd met zijn directe buren. De buren, die er later kwamen wonen, hebben naar hun mening last van Hermans duiven. Zoveel last dat er middels rechterlijke uitspraken alles aan gedaan wordt om het aantal duiven op het erf van Calon te beperken en bij voorkeur helemaal te doen verdwijnen. Dit heeft geleid tot het moeten afbreken van een aantal hokken. De consequenties hiervan was dat er geen plaats meer was/is voor de jongen van 2015. Althans niet in de getalen die er normaal op de Slijkplaat 4 huisden omdat de rechter in een laatste uitspraak het totaal aantal duiven beperkte tot maximaal 250. Nog steeds een aanzienlijk aantal maar als de hokken al vol zitten met oude duiven (waaronder veel jaarlingen) moet er een keuze gemaakt worden. Mede doordat het vizier door de beperking meer gericht wordt op de ZLU vluchten werd besloten de jongen uit de programma duiven te verkopen.

Vakmanschap. De verkoop van zaterdag 14 maart was het resultaat hiervan. In de  84 kooitjes zaten maar liefst 81 jongen. Allen blakend van gezondheid. Goed uitgegroeid zonder kleine beschadigingen in de pennen of wat dan ook. Schoon en zonder luis. Uitstekend op gewicht bovendien. Geen vette papkonten of erg magere krielkippetjes. Gewoon allemaal 100%! Ook nog eens aaneengesloten geringd (met een gouden ring, van 1 tot 84). Kortom een geweldige proeve van het vakmanschap van deze gedreven en toch wel bescheiden melker. Toen ik hem hiermee complimenteerde antwoordde hij bijna verlegen. “Gewoon kweken uit gezonde duiven. Je zet de ouders bij elkaar en de rest gaat vanzelf. Zelfs zonder een geelkuurtje”.

Jonge kwekers met klasse afstammingen. De vitaliteit en gezondheid van de jonge duiven in de kooitjes kwam wellicht doordat naar schatting zo’n 90% van hen werd geboren uit jonge, nog vitale kweekduiven. Herman Calon verkocht namelijk enige jaren geleden een groot deel van zijn oude basis. Hiervoor in de plaats kwamen duiven van zijn grote vriend uit Reeuwijk, Willem de Bruijn, plus een aantal duiven van Zeeuwse grootheden als de gebroeders Scheele en de combinatie de Ridder uit Arnemuiden.  Allemaal duiven met klasse afstammingen. Te samen met de restanten van zijn oude basis (veelal eigen ras x Koen Minderhoud) hield deze mix van topduiven Herman aan de top.

kopers

Moeilijke verkoop. Toen de verkoop om 14:00 uur startte was ’t Keldertje redelijk vol gelopen. Verkoopleider Marcel Buijsse probeerde de speenklare jongen (sommigen waren al iets rijper) zo goed mogelijk aan de man te brengen. Een lastige opdracht want de prijzen bleven voor een aanzienlijk aantal duiven vriendelijk voor de kopers hetgeen altijd teleurstellend is voor de verkopende liefhebber. Vooral de duiven uit de echt oude basis kregen niet altijd de waardering die hen toekwam. Hiertegen over stonden  echter de jongen met veel of 100% rechtstreeks bloed uit Reeuwijk. Deze gingen voor bovengemiddelde prijzen de deur uit. In ieder geval voor jongen die gekocht werden als vliegduif want degenen die ze kochten voor een vroege aanvulling van hun kweekhok hadden een koopje. Op een verkoping tijdens een winterdag of op een (internationale) verkoopsite zou menig duif een veelvoud op gebracht hebben. Al met al een moeilijke verkoop die ook best lang duurde want om 17:15 uur stapte ik pas in mijn auto!

De verkoopleider Marcel Buijsse

 

OP EIGEN HOK

Aankoop. Zelf kocht ik een jong van de oude basis (doffer van 2004) keer de Asduif jong VZV van 2014 (uit 2 rechtstreekse WdB duiven). Gekocht als een duivinnetje maar er bestaat nog een beetje twijfel of het toch geen (klein) doffertje is. Een pittig duifje dat ik de komende dagen zoveel mogelijk zicht zal geven. Daarna maar een vleugel een beetje insmeren met afwasmiddel om te voorkomen dat ze gelijk op de vleugels gaat. Voor het overige greep ik naast de duiven waar mijn interesse naar uitging. “Wegens te duur”, de aangekruiste duifjes werden namelijk voor mijn neus weggekaapt door wellicht de grootste Zeeuwse kampioen van dit moment.

Schrik. Op de vleugels gaan inmiddels ook mijn duivinnen. Bijna dagelijks. Begin deze week hield ik ze een dagje binnen om bij te komen van de enting tegen de Paratyfus (de 2e in iets meer dan 3 maanden) maar vanaf dinsdag kwamen ze weer iedere dag buiten. Het vliegen gaat inmiddels iets beter maar veel zie ik er niet van omdat ik ze loslaat voor ik naar mijn werk vertrek. Helaas kon op zaterdagmorgen de training niet echt eens goed beoordeeld worden omdat vermoedelijk een slechtvalk (of een hongerige havik) buiten het zicht door de koppels heen was gegaan. Ze kwamen in ieder geval in ‘stukken en brokken’ d.w.z. geheel uit elkaar geslagen terug. Bij vertrek naar Terneuzen ontbraken er nog een paar ….. Eén en ander zorgt ervoor dat de schrik er een beetje inzit. Bij mij en de duiven. We moeten echter door, de trein die vliegseizoen heet wacht immers op niemand. Afwachten maar weer.

Tot volgende week!

Michel Beekman