Een helikopterview op Duivenland – deel 1

Een helikopterview op Duivenland – deel 1

Zondag 18 oktober 2015. Buiten is het grijs en nat. Via de livestreambeelden kijk ik tijdens het typen van dit weekstuk met een schuin oog naar de beelden van de marathon van Amsterdam. De toeschouwers langs de weg hebben winterjassen aan en een paraplu in de hand. Geen goed weer voor de bezoekers maar wel voor de lopers. Koel weer loopt nu eenmaal makkelijker dan warm weer, bovendien staat er vrijwel geen wind (om deze reden starten de stadsmarathons die gaan voor een snelle tijd ook altijd vroeg). Te koel is overigens ook niet goed.

Vooraan lopen de favorieten, alleen maar en vooral veel Afrikanen. En dit op een startveld van vele duizenden deelnemers. Hierover later meer. Ik kijk graag naar stadsmarathons vanwege de prachtige helikopterbeelden van het parcours. Vooral als ik goed bekend met de omgeving  vind ik het genieten om de stad van boven te zien. Niet alleen bij het hardlopen overigens, ook van het wielrennen kan ik om deze reden alleen al genieten.

Wellicht heeft deze fascinatie te maken met onze sport. Gewoon zien wat onze gevleugelde vrienden van boven zien. Daarom zit ik in het vliegtuig waarschijnlijk graag bij het raam, maar keek ik enige jaren geleden ook alle afleveringen van de fascinerende serie “Nederland van Boven”. Gewoon nieuwsgierigheid naar wat duiven zien als ze over ons land vliegen.

De helikopterbeelden tijdens de marathon vormen een mooi bruggetje naar het onderwerp van dit weekstuk; een helikopterview op Duivenland. De term helikopterview komt gek genoeg niet voor in de “Dikke van Dale”, maar een helikopterview – ook wel helikopterblik – wil zeggen dat je overzicht kunt houden over complexe structuren. De grote lijnen en voornaamste dwarsverbanden in beeld hebben en in beeld houden. Door de bomen het bos blijven zien. Je ‘hangt’ als het ware boven een bepaalde situatie en bepaalt van daaruit de lijnen of vervolgstappen. Vanuit deze denkbeeldige helikopter wil ik mijn licht laten schijnen over enkele ontwikkelingen in Duivenland. Vandaag het eerste deel van een tweeluik.

?????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????????

INKORFBEPERKING ZUID HOLLAND

Niet te missen in alle publiciteit is de beperking van het aantal duiven die voor de punten tellen in afdeling 5 Zuid Holland. Om misverstanden te vermijden hieronder de letterlijke tekst van het voorstel overgenomen van de site van Kees Bosua (met wat schrapwerk in de beleefdheidspassages).   

Om de sport meer gelijkwaardig te maken is het noodzakelijk om geleidelijk een inkorfbeperking in te voeren. Hiermee zal het ongehinderd steeds meer duiven inkorven een halt worden toegeroepen. De overheersing van een aantal melkers neemt het plezier van vele anderen weg. Om niet direct een revolutie te ontketenen is het wellicht verstandig om met twee uitslagen te werken. De eerste uitslag zal gebruikt worden om de kampioenschappen uit op te maken en zal de hoofduitslag worden. In deze uitslag wordt een beperkt aantal duiven opgenomen. Het maximale aantal ( ploeg) van de inkorfstaat zal zijn:

30 oude duiven, 60 jonge duiven en 45 duiven voor de nalijn

Maximaal 1 ploeg per liefhebber. Maximaal 1 ploeg per adres, kavel en/of coördinaat. 

In een tweede uitslag kunnen alle duiven op vrijwillige basis worden opgenomen. Indien een liefhebber er voor kiest om niet tegen alle overige duiven te willen vliegen dan zal de liefhebber ook niet worden opgenomen in de uitslag.

Het bestuur DC&VB is van mening dat dit voorstel een eerste aanzet is tot eerlijk spel. In een later stadium, om echt gelijkwaardigheid te krijgen zou er voor het seizoen een beperkt aantal duiven moeten worden opgegeven en dus niet een aantal van de inkorfstaat. Het aantal dat moet worden opgegeven is het gemiddeld aantal oude en jonge duiven van de afgelopen jaren. Dit zullen circa 25 oude en 30 jonge duivenzijn. De ongelijkheid in kwaliteit, tijd en ruimte is al meer dan voldoende. Alleen in aantallen is te sturen.

Met bovenstaande voorstel proberen de liefhebbers uit Dordrecht en directe omgeving de oneerlijkheid in onze sport te bestrijden. Een kansloze poging als je het mij vraagt. Duivensport is niet eerlijk en wordt nooit eerlijk.

Terug naar de marathon die op de achtergrond gelopen wordt. Een analogie met de marathonwereld is snel gemaakt. Waarom loopt daar immers op een immens deelnemers veld een groepje toppers uit Afrika voorop en niet een aantal Europeanen? Iedereen zal het antwoord kennen. Het gaat namelijk om het talent en de kwaliteit. Ondanks dat ze ver in de minderheid zijn in het totale deelnemersveld zegevieren de deelnemers uit (Noordoost en Oost) Afrika in de regel. Ze hebben de meeste aanleg, trainen altijd op hoogte en zijn van jongs af aan gewend om grote afstanden te lopen waardoor hun lichaam beter geschikt is voor het leveren van de gewenste prestaties. Misschien is dit door evolutie zelfs wel geoptimaliseerd maar dit gaat wellicht wat ver.

De vergelijking met de duivensport is m.i. dan ook eenvoudig en vrijwel een op een te maken. Ook hier domineren de goede hokken vrijwel altijd over de gewone hokken.

Wat cijfers. Als voorbeeld neem ik de afdeling Zuid Holland omdat hier de kat de bel aangebonden werd.

In de afdeling Zuid Holland worden wekelijks  veel duiven ingekorfd tussen, de 33.000 en de 8.000 oude duiven op de Midfondvluchten en tussen de 15.000 en ruim 4.000 duiven op de Dagfond. Toch wordt er geklaagd over de dominantie van een aantal hokken en de gunstige invloed op de prestaties van het aantal door hen ingekorfde aantal duiven.

Om maar man en paard te noemen, zet ik de aantallen van Bas (en Gerard) Verkerk en Willem de Bruijn af tegen de totale deelname in bovenstaande categorieën.

Midfond versus de deelname in de hele afdeling, klassering in het “Rayon Oost”

Datum Vlucht #duifafd5 #Verkerk #deBruijn vroegste %Verkerk %deBruijn
9-5-15 Pont 32967 158 139 3e 0,48% 0,42%
17-5-15 Nanteuil 31442 155 138 1e 0,49% 0,43%
30-5-15 Nanteuil 21853 102 110 34e 0,47% 0,50%
13-6-15 St Just 18703 130 107 3e 0,69% 0,57%
27-6-15 Nanteuil 15640 117 91 8e 0,74% 0.58%
11-7-15 Pont 16113 115 97 8e 0,71% 0,60%
26-7-15 M’court 8191 101 86 2e 1,23% 1,04%

 

Dagfond versus de deelname in de hele afdeling, klassering in “de afdeling”

Datum Vlucht #duifafd5 #Verkerk #deBruijn vroegste %Verkerk %deBruijn
23-5-15 Blois 15528 139 115 5e 0.89% 0.74%
6-6-15 Vierzon 11506 115 109 1e 1,00% 0,95%
20-6-15 Bourges 9742 113 87 1e  1,16% 0,89%
11-7-15 C’roux 5097 103 91 2e 2.02% 1,79%
1-8-15 Ruffec 4133 96 79 2e 2,32% 1.91%

 

Wat feiten/uitkomsten op grond van deze cijfers. De sterkste van de twee, Verkerk, korft maximaal 1,3% van het totaal aantal duiven in op de Midfond en maximaal 2,32% van de duiven op de Dagfond. Samen met dorpsgenoot  WdB zijn deze percentages respectievelijk 2,27% en 4,23%. Let wel dit zijn de percentages ten opzichte van de totale aantallen duiven in de afdeling 5 op de laatste vluchten van beide onderdelen. Op de eerste vluchten van deze onderdelen korven beide toppers slechts 0,90% (Midfond) en 1,63% (Dagfond) in.

Enkele conclusies. Natuurlijk is het vervelend als er dominante liefhebbers in een samenspel of afdeling domineren vooral als je in de directe nabijheid van dergelijke toppers woont, maar op grond van de naakte feiten kan ik twee niet te ontkennen / weerleggen conclusies trekken.

  1. Het lukt de overige 99,10% tot 97,73% van de ingekorfde duiven niet om de duiven van Verkerk en de Bruijn in globale zin hun wil op te leggen. Waarschijnlijk is het net als bij de marathon, de duiven uit Reeuwijk zijn gewoon getalenteerder en worden beter verzorgd / gebracht. Vooral als hierbij in ogenschouw wordt genomen dat beide topliefhebbers niet in de voorhand van hun afdeling woonachtig zijn. Hun duiven vliegen zo’n 25 kilometer verder dan die van de indieners van het voorstel.
  2. Beide toppers weten hun duiven beter in de strijd te houden. Waar anderen de handdoek werpen of hun interesse verleggen naar andere onderdelen blijven zij inkorven. Week in week uit vliegen ze en dit deert de duiven ogenschijnlijk weinig. Het lijkt ze bovendien een betere sterkere duif op te leveren.

 

Een algemene slotconclusie over het voorstel van DC & VB Dordrecht mijnerzijds is dat het een zinloos voorstel is. Een relatief kleine groep duiven (zie percentages) legt de grote groep alleen haar wil op op grond van kwaliteit en begeleiding.

Het beperken van de deelname lost dit niet op want de toppers zullen hiervoor een oplossing zoeken. Nog betere duiven, nog betere begeleiding en selectie.

Beter zou zijn dat de indieners van dit voorstel de “fout” bij zichzelf zoeken, eens meer in de helikopter zouden kruipen en eens meer zouden reflecteren. Vroeger was Dordrecht en omgeving niet te kloppen maar nu ze van de overvlucht regelmatig een pak slaag krijgen proberen ze de spelregels te veranderen. Met de illusie dat dit iets oplevert maar met een praktijk die m.i. anders uit zal vallen.

Met het eerste deel van het voorstel is er nog relatief weinig aan de hand (alleen de uitslag wordt iets korter maar topliefhebbers zullen beter letten op de duiven die ze bovenaan zetten). Het tweede deel van dit voorstel is echter zorgwekkender. Dit zal leidden tot minder deelname! 25 Oude duiven klinkt als veel maar in de praktijk zijn dit er bij de start van de eerste vlucht misschien nog 25 maar ten tijden van de eerste dagfondvlucht zijn dit er hoogstens nog 20 tot 23. Als er geen sprake is van een dubbelvlucht want dan gaan deze aantallen op de meeste hokken nog door twee. Deze 20 tot 23 duiven zijn op het gemiddelde hok lang geen goede duiven die echt niet week in week uit mee kunnen in het bij tijden helse programma van Midfond- en Dagfondvluchten die elkaar in deze periode afwisselen. Hierin kunnen alleen de allersterkste duiven mee.

Het resultaat hiervan is dat bij de laatste vlucht van een onderdeel  korft de gemiddelde liefhebber er dan nog 5 tot 10 in. Gewoonweg omdat de duiven niet meer voldoende in vorm zijn, de baas geen geld genoeg meer heeft om de dure Dagfond en Midfond te betalen of omdat ze hun aandacht verlegd hebben.

Mij maak je namelijk niet wijs dat deze melkers nu wel blijven meedoen waar ze dit al jaren niet deden of niet konden …. Hopelijk krijgt dit voorstel dan ook geen brede navolging ….

 

OP EIGEN HOK

Is het met dit vochtige weer niet altijd even prettig duiven houden. Het schoon maken gaat daarentegen wel wat makkelijker omdat het zogenaamde filmpje stront dat altijd op een geheel droge vloer kleeft makkelijker wordt weg gekrabd.

Afgelopen vrijdag heb ik mij daarom hierop maar weer eens uitgeleefd. Tot mijn handen er stuk van gingen …. Het resultaat mocht er zijn. Een mooie blanke houten vloer. “Paarlen voor de zwijnen” natuurlijk want een paar dagen later is het weer hetzelfde.

Overigens ging dit krabben extra makkelijk omdat de dag er voor niet schoongemaakt kon worden. Verzorger van dienst was namelijk de vrouw des huizes. Zelf was ik weer eens op reis voor het werk. Vertrek op woensdagavond en terug op donderdagavond. Vermoeiend maar nuttig maar toch altijd een beetje lastig als je (veel) duiven houdt.

Gelukkig kan ik bij korte afwezigheid altijd terugvallen op mijn vriendinnetje en bij langere afwezigheid op senior of sportvriend Henk! Erg bijzonder toch wel want zonder deze mensen zou duiven houden, zeker in het vliegseizoen, bijna onmogelijk zijn. Dit is best wel eens iets om bij stil te staan.

Tot volgende week, dan volgt deel 2 van mijn helikopterview met als onderwerp iets dat ons allen altijd bezig houdt, het vliegprogramma.

Michel Beekman