Een intermezzo

Zondag 27 juli 2014. Deze week had ik door het vieren van het verjaren van dochterlief vandaag geen tijd voor een nieuw actueel weekstuk. Misschien lukt dit dinsdag want morgenavond moet ik in de pen klimmen voor het verslag van de winnaar van Cahors (als ik het goed heb, Dirk ‘Orly’ Pals uit Bovenkerk).

Om de lezers van mijn wekelijkse schrijfsels alvast wat leesvoer te gunnen plaats ik vanavond het stuk dat ik in het vorige nummer van Topwings publiceerde en dat nogal wat bijval opleverde.

Zorgen om de overnachtfond

Juni 2014. Als schrijver van weekstukken en columns ga ik mij deze maand eens op glad ijs begeven. Deze column gaat namelijk over een deel van de sport waaraan ik niet deelneem maar waar ik wel meer dan gemiddelde belangstelling voor heb, namelijk de overnachtfond. Ik maak mij namelijk een beetje zorgen over dit zware onderdeel van onze sport. Volgens mij gaat het niet goed en moet én kan het anders.

De eerste twee weekenden van het overnachtfondseizoen 2014 zitten er inmiddels op en het werd niet bepaald wat er van verwacht / gehoopt werd door de fans van deze tak van onze sport. Verwachtingsvol werd er door de mannen van de lange adem naar uitgekeken, immers waar de programmaspelers al weken kunnen genieten van mooie en minder mooie vluchten zaten tot voor twee weken de mannen van het grote werk nog in de wachtkamer.

Het weerzien met de wedstrijdsport zal een groot aantal melkers echter niet goed bevallen zijn want  velen kwamen van een koude kermis thuis. Wat bleek, de vluchten waar zo vurig naar werd uitgezien bleken op één na draken van vluchten. Ze verliepen traag, soms onverwacht. De duiven kwamen slecht thuis en het aantal laatkomers/achterblijvers was groot. Een groot aantal liefhebbers van de marathon vluchten kan de ambities voor het behalen van kampioenschappen voor dit seizoen alweer begraven. Hen resteert nog slechts het najagen van dagsuccessen hetgeen soms ook best bevredigend kan zijn zoals ik inmiddels uit eigen ervaring weet.

Echter de overnachtfond tak van onze sport brengt zich, naar mijn mening, zelf in de problemen want naast de dalende deelname, die je op alle onderdelen ziet,  zorgen de vliegprogramma’s m.i. voor de problemen.

Het verhaal is simpel. Er wordt te vroeg begonnen.  Midden jaren tachtig van de vorige eeuw steeg de populariteit van dit onderdeel met het jaar en met deze groeiende populariteit werd de wedstrijdkalender voller.  In de hunkering naar meer meerdaagse fondvluchten is de wedstrijdkalender daardoor uit zijn voegen gebarsten. Waren er eerst drie vluchten  met een middaglossing (St. Vincent, Dax en Bergerac) en een enkele klassieker met een ochtendlossing (Barcelona, Pau, Perpignan), tegenwoordig is er sprake van een verdubbeling ten opzichte van toen. Op het gemiddelde afdelingsprogramma staan nu zes middag/ochtendlossingen en op het programma van de ZLU staan dit jaar zeven vluchten. Dit alles heeft zijn weerslag gevonden in een te vroege startdatum van het marathonseizoen.

Al deze vluchten moesten een plek op de kalender hebben in de periode tussen eind Juni en begin Augustus hetgeen natuurlijk schier onmogelijk is. Althans als je ook de kleine hokken nog aan alle vluchten van een categorie (middag of ochtendlossing) wil laten deelnemen zoals de meeste afdelingsbesturen wensen. Immers zes weken achter elkaar overnachtfond is zelfs voor de grootste en sterkste hokken van het land zo goed als onmogelijk (al kiest de ZLU hier wel voor).

Daarom ging men schuiven. In de tijd dat de huidige wedstrijdkalender ontstond had niemand die de overnacht aanhangt nog gehoord van verduisteren van oude duiven dus waren vluchten na 1 Augustus taboe! Temeer daar het nestspel nog het dominante spel was en de veren dan beginnen te vallen. De uitkomst was dat de overnacht steeds vroeger in Juni van acquit ging. Ergo dit jaar werd de eerste marathonvlucht zelfs op de laatste dag van Mei gelost. Veel te vroeg in het seizoen natuurlijk. Qua weer en qua voorbereidingstijd voor de duiven.

Om met het eerste te beginnen. Dit jaar hadden we nog het geluk met het weer maar het klimaat is in de periode van eind Mei begin Juni nog verre van stabiel. Niet alleen in Nederland en België, maar ook in Frankrijk. Naast meer kans op regen (koud en nat, dus funest) zijn vooral de nachten in deze periode veel te koud. In Noord Frankrijk waar de duiven veelal overnachten is de nachttemperatuur in Juni 3 graden hoger dan in Mei en in Juli nog eens 2 graden hoger dan in Juni.

Qua voorbereidingstijd is een start eind Mei / begin Juni ook te vroeg. In de meeste afdelingen staat de eerste dagfondvlucht gepland voor het laatste weekeinde van Mei. Vaak tekort voor de eerste overnachtfondvlucht waardoor deze duiven vaak niet worden ingemand. Het programma voor de eerste dagfondvlucht is in de regel niet toereikend, d.w.z. tekort en te makkelijk. Bij ons in de afdeling hadden de duiven uit de regio’s in het midden na 5 Vitesse vluchten en 1 midfond vlucht nog geen 1.000 kilometer gevlogen. Veel te weinig natuurlijk om goed voorbereid aan de start te staan van een vlucht van rond de 900 kilometer.

Hierdoor zijn de mannen van het lange wachten vaak veroordeeld tot extra inspanningen. Extra vluchtjes met platte karren zijn populair. Ook inkorven op vrijdag voor Franse vluchten die door Belgische inrichters worden georganiseerd is een alternatief. Helaas is niet iedereen qua tijd in staat om zijn duiven even naar Hank te brengen, om over de kosten van benzine maar niet te spreken.

Naar mijn mening zou een vliegprogramma in iedere afdeling dusdanig moeten worden ingericht dat overnachtfondduiven (maar ook de duiven die naar de dagfond gaan) voldoende kansen hebben om de juiste hoeveelheid trainingskilometers te maken. Deze mogelijkheid bestaat maar dan moeten de overnachtfondliefhebbers wel enige ruimte maken en hun zware toeren later starten en dus ook later eindigen.

Wanneer deze vluchten zouden starten rond de klassieke datum, omstreeks 21 Juni, waarop vroeger de eerste vlucht vanuit St. Vincent vervlogen werd, zou dit de mogelijkheid bieden om de duiven 3 extra vluchtweekeinden de baan op de sturen. Hierdoor komen niet alleen de duiven beter aan de start ook de vervoerskassen van de afdelingen zouden nog een graantje meepikken. Nu gaan de opbrengsten van de extra vluchten naar commerciële partijen buiten onze sport.

Consequentie van dit alles is wel dat de vluchten een beetje naar achteren schuiven. Het laatste weekeinde van Juli is niet meer de heilige grens van het marathonseizoen. Deze datum schuift twee weekjes naar achteren. Goed voor de mens want het is in Augustus vaak beter wachten dan begin Juni en goed voor de duiven die alleen eventjes verduisterd moeten worden (tot begin Mei) maar dat doen de meeste liefhebbers inmiddels toch al.

Heel bijzonder is bovenstaande helemaal niet getuige het feit dat de ZLU haar vluchten in de hierboven genoemde periode plant. De eerste ZLU vlucht wordt dit jaar namelijk gelost op 20 Juni en de laatste op 1 Augustus. 7 weken achter elkaar is echter voor de gemiddelde marathonliefhebber een beetje te veel van het goede dus vandaar de spreiding over een langere periode. Ik ben benieuwd of er een afdeling is die de handschoen durft op te pakken …..

Aalsmeer, Michel Beekman