Een zaalverkoop die zijn gelijke niet kent

Een zaalverkoop die zijn gelijke niet kent

Zondag 6 november 2016. Buiten toont de eerste zondag van november zich vandaag een echte herfstdag. Regen en opklaringen als gevolg van de Noordwestelijke stroming. De opklaringen zijn te kort om de zomerjongen in de mand te laden en ze een stukje weg te brengen. Gisteren waren de omstandigheden beter maar toen had ik andere verplichtingen. Verplichtingen is echter totaal het verkeerde woord want het was vrijwillig en bijzonder plezierig. Memorabel zelfs en het paste helemaal in het rijtje hoogtepunten dat ik de afgelopen jaren in het stille seizoen mocht meemaken, zoals De Gouden Duif, het duivenfeest bij PV Maasdonk in Geffen, de WHZB huldiging en de huldiging van de Nationale Kampioenen. Gewoon een belevenis die mij bij blijft omdat het bepaald geen alledaagse aangelegenheid was.

Ik zal u niet langer in spanning houden. Gisteren bezocht ik de zogenaamde Golden 10, de zaalverkoop die zijn gelijke niet kent, in ieder geval in West-Europa. Deze zaalverkoop georganiseerd door Sportblad De Duif beleefde dit jaar de vierde editie. De Golden 10 is een bijzondere formule waarbij van de twintig beste liefhebbers van Nederland, België en Duitsland acht jonge duiven uit hun beste duiven aanbieden. Soms zit hier een oude prestatieduif tussen maar in de meeste gevallen betreft het nageslacht van het beste van het beste. Op zaterdag en zondag worden van iedere liefhebber vier duiven onder de hamer gebracht waardoor er dus op beide dagen tachtig duiven van eigenaar wisselen.

img_1405

De locatie is sinds de start in 2013 hotel NOBIS in Asten. Dus geen schimmige verkoopzaal maar een prachtig luxueus hotel dat extra uitstraling geeft aan het evenement. Een evenement dat ooit in het leven werd geroepen om de eens zo populaire zaalverkopen nieuw leven in te blazen. Kopers willen namelijk graag de duiven bekijken en voelen voordat ze besluiten tot aanschaf overgaan. Dit laatste dreigde een aantal jaar door de opkomst van de internet verkopen vrijwel geheel te verdwijnen. Door de zorgen van sportblad De Duif is de zaalverkoop inmiddels weer geheel terug en heeft het duidelijk weer een sterke positie naast de vele internetverkopen.

Het “kijken voor het kopen” blijkt namelijk veel liefhebbers aan te trekken. Niet altijd kopers maar ook liefhebbers die gewoon willen weten wat voor materiaal de (inter)nationale toppers onder de pannen hebben. Dit was ook de reden waarom ik op advies en uitnodiging van Rik Hermans afreisde naar Asten.

img_1406

Tijdens mijn bezoek aan Rik in September meldde hij dat het een unieke kans was om van twintig toppers de duiven te beoordelen. Rik had geen ongelijk. Het is namelijk geen alledaagse kost om duiven van bijvoorbeeld Verkerk, Bosua, Daniels, Vercammen of Derwa in handen te nemen. Doordat we (sportvriend Henri en ik) tijdig aanwezig waren konden we voordat de massa binnen kwam de tijd nemen om eens rustig de duiven te beoordelen.

Opvallend was de grote verscheidenheid. Natuurlijk waren er de voorspelbare verschillen tussen de programmaspelers en de overnachtfondspelers. Echter ook tussen de Nederlandse en Vlaamse duiven waren de verschillen groot. De duiven van onze zuiderburen waren opmerkelijk zacht qua pluim terwijl de duiven van de Nederlanders naar mijn bescheiden mening meer atleten waren.  Niet zozeer beter maar anders. Compacter, vaster meer allround. Hetgeen volgens één van de Nederlandse topspelers wellicht komt doordat de Nederlandse duiven 22 weken achter elkaar voor de punten moeten gaan. Van 100 tot 700 kilometer terwijl in België de specialisatie heeft geleid tot een specifiek type duif per spelsoort.

img_1407

Inmiddels heb ik meer dan dertig jaar duiven en toch was ik verrast door de hierboven genoemde verscheidenheid. Het bewijst eens te meer dat er in de duivensport vele wegen naar Rome leiden. Ook bewijst het dat je kwaliteit deels kunt voelen maar dat het kopje toch een zeer belangrijke rol speelt en dat je dit niet aan de buitenkant kunt zien (op een enkele tovenaar na natuurlijk).

Ook de kweekwaarde kun je niet altijd afleiden aan wat je in het kooitje ziet en voelt of wat je op de stamkaart leest. Niet iedere goed gebouwde duif met een mooie afstamming is automatisch een goede kweker en ook niet iedere duif die niet aan de standaard voldoet is een slechte kweker. Ik ken een topkweker bij een absolute topmelker die op iedere tentoonstelling 89 punten zou krijgen. Dit is natuurlijk ook de charme van onze sport waarbij het natuurlijk wel weer zo is dat je bij de kinderen van een topduif uit een topgeslacht meer kans heb op een goede vererver of vlieger! Gisteren (en vandaag) zaten er kinderen van topduiven te kust en te keur

Ook in overvloed aanwezig waren de topmelkers. Naast de verkopende toppers waren er ook veel nationale vedetten die gewoon kwamen kijken. “Ons kent ons” en daarnaast zijn natuurlijk ook de vedetten nieuwsgierig naar elkaars duiven. Kenmerkend voor deze vedetten is dat ze ook niet schromen om hun vinger op te steken om iets nieuws in hun stam in te brengen. Gisteren moest er dan wel diep in de buidel getast worden en veelal lukte het niet om de topduiven in de lage landen te houden. 

img_1410

De West-Europese topduif is namelijk nog altijd ongekend populair in het verre buitenland. De duivenmakelaars buitelden bij sommige duiven bijkans over elkaar heen om zoveel kwaliteit voor hun klanten te bemachtigen. De duurste duiven van de verkoop gingen voor duizelingwekkende bedragen allen naar het Verre Oosten, maar in het oog sprong de belangstelling uit landen waarvan je het niet zo direct verwacht. De duurste duif ging bijna naar Portugal en ook waren er bijvoorbeeld kooporders uit Italië.

Wel werd duidelijk dat de liefhebbers uit den vreemde prima weten wat ze willen. De meeste makelaars staan vaak telefonisch in contact met de klanten aan de andere kant van de wereld om gedurende de verkoop te overleggen over het bod en de strategie. Waar er vroeger sprake was van kooporders en eigenlijk voor de verkoop al duidelijk was wat de opbrengst zou worden wordt nu alles op het laatste moment beslist.

img_1414

Eigenlijk is het niet voor de stellen en aan mensen buiten onze sport valt het nauwelijks uit te leggen dat er op een zaterdagmiddag duivenmelkers uit China een duivenverkoop in het kleine Nederland “live” volgen via alle moderne communicatiemiddelen. Het uitstekende netwerk van de familie Hermans en de goede relatie met hun buitenlandse “brokers” zorgt natuurlijk voor de nodige promotie maar onvoorstelbaar blijft het. Vooral het feit dat er op een achternamiddag in november tachtig duiven verkocht worden voor een kleine half miljoen euro!

De verkoop en de kwaliteit van het aanbod is niet enige dat ervoor zorgt dat de Golden 10 zijn gelijke niet kent. Na afloop van de verkoop is er namelijk een ongekend diner voor verkopende liefhebbers en de relaties van de Jan, Rik en Anke Hermans! De crème de la crème van de West-Europese duivenmelkers prikt dan gezamenlijk een smakelijk vorkje! Het onderwerp laat zich aan de meeste tafels raden. Als duivenmelkers samen komen gaat het meestal over duiven al gebied de eerlijkheid te zeggen dat het aan onze tafel ook regelmatig ging over andere belangrijke (bij)zaken in het leven.

img_1415

Veel topmelkers hadden de verzorging van hun toppers voor een dagje overgedragen want de meesten bleven een nachtje slapen zodat ze fris en fruitig aan dag twee van deze bijzondere happening konden beginnen. Dit laatste deed ik niet al moet ik toegeven dat ik met denkbeeldige “pijn in het hart” mijn tafelgenoten kort na 22:00 uur gedag zei. Jan en Rik bedankt voor zoveel gastvrijheid en deze bijzondere ervaring! Tot de volgende zaalverkoop!

img_1417

 

OP EIGEN HOK

Was het een reguliere week. Door de wintertijd is de verzorging echter wel een beetje aangepast. De duiven die gevoerd werden/worden in de volières kregen en krijgen de komende weken eenmaal per dag eten. In de volières brandt geen licht en daarom worden de voerbakken eenmaal daags gevuld. De hokken worden nog wel tweemaal daags gereinigd. Inmiddels zijn uit het kweekhok en uit het duivinnenhok de beukensnippers verdwenen.

Normaal gesproken gebruik ik geen beukensnippers maar tijdens mijn vakantie zorgde het voor wat minder werk voor mijn vader. De afgelopen weken heb ik zelf hiervan ook nog een beetje geprofiteerd maar met het slechter worden van het weer worden de hokken vochtiger dus moet de hygiëne ook omhoog! Het is bijna over met “de luiheid” want in de loop van deze week zal ik ook het dofferhok langzaam maar zeker ontdoen van deze bodembedekker.

In het dofferhok zitten sinds hedenmorgen nog enkel de doffers. Omdat de rui mij toch niet vlot genoeg verliep scheidde ik mijn vliegduiven een maand eerder dan gebruikelijk. De jonge duiven die voor mijn vakantie op het oude duivenhok werden geplaatst voelden zich duidelijk al prima thuis en velen hadden ook als een broedhok gevonden. Ook een aantal oude duivinnen heeft in de periode na de selectie een nieuwe partner gezocht (en gevonden). Hierdoor zal de koppeling die half januari zal plaatsvinden makkelijker verlopen. Al bij al de hoogste tijd om de duiven te scheiden. Het begin van de makkelijke tijd qua verzorging.

Het intreden van de wintertijd had niet alleen maar nadelen. Sinds de wintertijd is het nog een paar weken makkelijker om de zomerjongen te laten vliegen dan gedurende de laatste weken van de zomertijd. Als het niet te grijs is kunnen de junioren al voor 08:00 uur op de vleugels. De ene dag trainen ze beter dan de andere maar ieder beetje beweging is goed voor de verdere ontwikkeling. Als de weergoden een beetje meewerken zal ik ze komend weekeinde nog een keertje weg brengen. Als de dagen te kort worden zoek ik een stuk of tien duivinnetjes uit de ploeg zomerjongen die dan zullen worden overgebracht naar het oude duivenhok zodat ze volgend jaar vanaf de start deel kunnen nemen aan de vluchten.

Het afgelopen jaar spaarde ik de zomerjongen van 2015 tot de jonge duivenvluchten en de natoer. Veel werk voor weinig resultaat dus daarom doe ik het komend jaar anders. Afwachten maar weer wat dit oplevert ….

Tot volgende week!

Michel Beekman