Hardleers

Hardleers

Zondag 23 augustus 2015. The day after the night before is een term die veel bloggers gebruiken. De Angelsaksische uitdrukking dekt niet altijd de lading want ze wordt te pas en oppas gebruikt en niet alleen na een dramatische gebeurtenis (meestal negatief dus) waarvoor de uitdrukking eigenlijk gebruikt moet worden. Vandaag is echter wel een echte “day after’, een dag na een bijzonder slechte vluchtdag.

Debet hieraan waren niet zo zeer de concoursduur en de aankomsten van de eerste duiven maar het verloop daarna. Het viel namelijk geheel stil, in mindere mate op St Job in ’t Goor, was Duffel (natoer),  maar vooral op Morlincourt (jonge duiven). Het resultaat hiervan is dat vandaag vele liefhebbers in Noord Holland hun denkbeeldige wonden likken. In de jonge duivenhokken die in de regel toch al niet meer tot de nok gevuld waren zijn wederom grote gaten geslagen. Het aantal achterblijvers varieert per liefhebber maar percentage tussen de 20% en 30% zijn geen uitzondering. Het zijn ook niet alleen de minder sterke liefhebbers waar duiven ontbreken ook op diverse tophokken  die ik vanmorgen contacteerde ontbraken nog veel duiven ondanks dat de junioren al hun 7e vlucht afwerkten!

Al met al erg vervelend voor de duiven en slecht voor de sport want veel melkers zullen niet in staat zijn hun oude duiven bestand aan te vullen op de door hen gewenste wijze. Het meest erge van dit alles is dat verliezen  als deze (of een groot deel hiervan) mijns inziens voorkomen had kunnen worden.

Ezels

Gisteren (zaterdag) voorspelde ik al voor of omstreeks het lostijdstip grote problemen als gevolg van het niet aanpassen van de losplaatsen aan de windrichting (zie weekstuk “nog enkele weken maar ze leren het nooit”).

Bij Oostzuidoosten wind  (ditmaal zelf windkracht 3) is het vragen om problemen als je lost op relatief korte afstand van de Noordzee / Het Kanaal. Ieder zich zelf respecterende duivenmelker weet dat bij dergelijke omstandige onervaren duiven in de problemen komen.

Het vluchtbeeld is namelijk bij dergelijke omstandigheden (wind tussen Oost en Zuid, redelijk warm en een Westelijke losplaats) altijd hetzelfde. De vroege duiven maken (zeer) hoge snelheden en vallen altijd direct aan de kust. De snelheidsverschillen tussen de duiven in de kustregio’s en het binnenland zijn bij de eerste duiven aanzienlijk.

De snelheid loopt daarbij bijzonder snel terug. Het verschil in snelheid is tijdens het concours al groot (vaak meer dan 250 mpm tussen de eerste en de laatste duif) maar direct na de concoursduur beginnen de problemen. Hierna vallen de aankomsten vaak stil en druppelen de duiven nog slechts tergend langzaam naar huis. Een aanzienlijk aantal komt verlaat aan en een behoorlijk percentage blijft achter. Vaak bevinden zich hieronder ook goede duiven.

Het resultaat is dus bij genoemde omstandigheden keer op keer hetzelfde. De jonge duiven en zelfs onervaren jaarlingen hebben grote problemen om hun hokken te bereiken en de verliezen zijn (te) groot.

Helaas zijn bestuurders, lossers en de gewone duivenmelkers bijzonder hardleers. Ieder seizoen wordt er gehuild over de problemen bij genoemde omstandigheden maar ook ieder seizoen blijven we vluchten onder dergelijke omstandigheden spelen! Belachelijk als je het mij vraagt en respectloos richting onze duiven.

Een en ander heeft waarschijnlijk te doen met twee zaken. De domheid van de gemiddelde liefhebber die in eerste instantie kijkt naar het sportieve gewin en het niet nemen van de verantwoordelijkheid door de bestuurders en lossers.

Om met het eerste te beginnen. Veel liefhebbers prefereren een vet-lederen medaille boven een vol jonge duivenhok. Reeds op donderdag was deze week te voorzien dat het dit weekeinde moeilijk zou worden voor duiven uit een afdeling die aan drie kanten wordt omringd door water. Niemand van de melkers die ik sprak had ook maar enigszins overwogen zijn of haar duiven niet in te korven. Men kijkt niet naar de weersvoorspellingen, negeert ze of ontkent de consequenties van de losplaats in combinatie met de windrichting.

Erger nog een categorie melkers aan de kust verkneukelt zich ogenschijnlijk op het sportieve voordeel dat behaald wordt en vergeet hierbij voor het gemak welke risico’s de duiven lopen. Helaas bevinden er zich onder deze groep niet alleen gewone leden.

Het zijn namelijk naar mijn mening de bestuurders en lossers die de gewone leden (vaak hun directe achterban) tegen zichzelf moeten beschermen. Zij moeten besluiten nemen waardoor de gevolgen van vluchten als die van gisteren beperkt moeten worden in plaats zich te verschuilen achter de modegril die eigen verantwoordelijkheid van de liefhebber wordt genoemd.

Dit doet men vaak niet en hiervoor zijn naar mijn bescheiden mening drie redenen.

De eerste reden is dat men bang is voor de consequenties van een ingreep in het vluchtprogramma. De bestuurders/beslissers worden na een besluit altijd overreden door de “kar met stront” en nooit door de “gouden koets”. Uit angst hiervoor doet men maar niets ondanks dat men de consequenties van losplaatsen en windrichting weet.

De tweede reden is dat men een bepaalde perceptie heeft over het weer en de wind al dan niet in combinatie tot de losplaats. Ter illustratie een stukje tekst dat ik kopieerde van de site van een van onze lossers (die ik overigens zeer hoog heb zitten omdat hij in de regel verantwoordelijk met onze duiven omgaat). Het bericht is van donderdag 20 augustus, de dag van de inkorving.

De weersverwachtingen

In Frankrijk aan de westkant krijgen we te maken met ’n regenfront waar wij dus geen last van krijgen. In Midden Frankrijk ( Morlincourt), tot in de middag, prachtig weer. België prachtig weer en ook in Nederland, zonnig en fraaie temperaturen. De wind komt uit de zuidoost hoek. 

Prima omstandigheden, al zullen we op de natour vlucht vanuit Duffel extra aandacht geven aan de onvermijdelijke  inversie waar de zomerjongen ongetwijfeld last van zullen krijgen. Voor de oude en beleerde jonge duiven kunnen het mooie vluchten worden.

Uit bovenstaande blijkt dat de perceptie over de omstandigheden op voorhand totaal anders is dan de realiteit tijdens de vlucht. Het blijken namelijk slechts mooie vluchten voor een klein deel van de duiven en hun eigenaren (vooral voor diegenen die woonachtig zijn aan de kust). Voor de overige duiven en hun eigenaren is het een drama, na een paar duiven die vlot komen is het hopen op het beste!

De derde en laatste reden heeft te maken met het probleem dat bestuurders en lossers ook mensen zijn die beïnvloed worden door hun directe achterban. Deze kortzichtige achterban ziet vaak niet het probleem maar slechts het voordeel en dan moet je als verantwoordelijke sterk in je schoenen staan om toch een andere losplaats te kiezen. Veel liefhebbers aan de kust snappen namelijk niet dat ze bij een meer Oostelijke losplaats dubbel voordeel hebben. Immers hun afstand wordt langer terwijl de duiven uiteindelijk toch op de kust komen.

Bijkomend probleem is dat het erop lijkt dat de bezoekers van afdelingsvergaderingen ’s winters de problemen snel weer vergeten zijn. Ik kan mij tenminste geen recente vergadering herinneren waarin dit probleem aan de orde is gesteld. Onbegrijpelijk eigenlijk en dit zou dan ook komende winter anders moeten.

Ditzelfde geldt overigens ook voor het minachten van de belangen van de Zuidelijke liefhebbers door het keer op keer korter bijkomen als er op een geprogrammeerde losplaats (meestal Duffel) niet gelost kan worden. Bestuurders en anderen die de beslissing nemen om terug te rijden en vluchtjes te lossen van 100 kilometer met wind op de staart weten of willen niet weten hoe frustrerend dit is voor de liefhebbers in de Zuidelijke rayons (en dat is het merendeel van alle liefhebbers)! Duiven kijken die terugkomen uit het Noorden is een allesbehalve leuke bezigheid! Deze week hadden de zuidelijk wonende liefhebbers weer eens dit “genoegen” …..

Ook slechte en/of moeizaam verlopende kennen winnaars:

St. Job in ‘t Goor

Rayon A: De Jong & Apeldoorn – Egmond Binnen, 1580 mpm

Rayon B: Kroon en Kroon – Zandvoort, 1610 mpm

Rayon C: Rob van Braam – Wormerveer, 1598 mpm

Rayon D: Anne van Meerkerk – Beets, 1503 mpm

Rayon E: Ton Snoek – Volendam, 1553 mpm

Rayon F: Cees van Vliet – Kudelstaart, 1579 mpm

Morlincourt/Noyon

Rayon A: De Jong & Apeldoorn – Egmond Binnen, 1563 mpm

Rayon B: J. van den Berge – Imuiden, 1565

Rayon C: Martijn & Marit Kramer – Wormer, 1539 mpm

Rayon D: Aad Glim – Medemblik, 1471 mpm

Rayon E: Hein Bolderman – Amsterdam, 1511 mpm

Rayon F: Piet van der Meyden – Aalsmeerderbrug, 1517 mpm

 

OP EIGEN HOK

Werden zoals u uit bovenstaande kunt afleiden geen jonge duiven gespeeld. Ik nam wel mijn verantwoordelijkheid en hield ze in voor de navlucht omdat ik op voorhand vreesde voor de problemen.

Ergernis

Dit betekende overigens niet dat ik een fijn duivenweekeinde had. Mijn eerste twee duiven treuzelden bijna een minuut en dat is met een Zuidoosten wind op de staart te veel om nog echt vroeg te draaien op een vlucht van 108 kilometer, al viel de schade mee (met een 8e plaats in het rayon tegen ruim 2200 duiven). Echter ook de onervaren jaarling doffers hadden het moeilijk (nog 4 achter) terwijl de wel ervaren duivinnen al na korte tijd uit het Noorden terug kwamen.

Kortom het was wederom een zaterdag vol ergernis die voor een deel vermijdbaar was geweest als de beslissers eens logische beslissingen zouden nemen.

Tot volgende week!

Michel Beekman