Het was niet mijn dag

Het was niet mijn dag

Zondag 26 juni 2016. Omdat de buren weer thuis zijn van hun vakantie volg ik weer het gebruikelijke zondagschema. D.w.z. voor 9:00 – 9:30 uur geen activiteiten in de tuin die teveel lawaai maken. Dit betekent dat ik mij weer vroeg aan het weekstuk kan wijden.

Het wordt een weekstuk een beetje geschreven op het tandvlees. De afgelopen vluchtdag was namelijk niet bepaald mijn dag. De zaterdag moet normaal gesproken de kroon op de, mijn, duivenweek zijn. Al het werk dat de dagen er voor verricht is moet zich dan uitbetalen in plezier. “Sport” plegen wij dat in onze omgeving te noemen. D.w.z. een vlucht met goed open weer, dus met wat wolken en wat zon. Een vlucht ook met mooie aankomsten en met duiven die goed binnenlopen. Duiven die dan vlot achter elkaar komen en bij voorkeur ook nog een beetje goed op tijd zitten. Kortom een vlucht zonder ergernis of teleurstelling.

Gisteren had ik persoonlijk “geen sport”. We werden namelijk voor de zoveelste keer slecht bediend door de weergoden. Het is voor de meteorologen daardoor wellicht moeilijk om het weer te duiden want op grond van de weersvoorspellingen had ik niet verwacht dat wij in het Westen zulke matige weersomstandigheden zouden treffen. Zware bewolking met af en toe regen had ik persoonlijk niet verwacht op grond van de weerberichten. Ik rekende eigenlijk op mooie vluchten en het werden naar mijn persoonlijke mening een beetje zaadvluchten. De duiven lagen in ieder geval op mijn hok (te) ver uit elkaar.

Erger nog, op beide vluchten was het “bangen” voor de terugkeer van alle duiven. Iets waar ik persoonlijk wellicht iets te gevoelig voor ben maar ik wil nu eenmaal graag alle duiven terug die ik inkorf. Vooral met de jonge duiven was de ergernis groot.

Helemaal onverwacht kwam dit niet maar dat het zo moeizaam zou gaan had ik niet verwacht. De opleiding was nog niet voldoende afgerond en de training rond het hok verloopt nog steeds niet spontaan genoeg. Uit voorzorg had ik daarom slechts een 10% van de beschikbare jongen ingekorfd (12 stuks).

Met een gelukje zou ik mijn kans op een redelijk eindklassement in stand kunnen houden door een tijdduifje uit deze kleine ploeg. Hoofddoelstelling dit jaar is echter jongen opleiden tot goede jaarlingen voor volgend jaar en daarom hield ik de massa thuis. Dit klinkt tegenstrijdig want goede jaarlingen, die als oude duif direct een woordje meespreken, krijg je alleen door ze als jonge duif veel te spelen. Echter de ervaring leerde mij dat als jonge duiven er niet voldoende klaar voor zijn je ze niet moet spelen. Niet alleen in het verleden maar ook gisteren. Van de 12 uitgezochte junioren ontbreken er momenteel nog 4 op het appel. Ondanks dat ik ze al 7 keer had weggebracht tot een maximum afstand van zo’n 18 kilometer (Aarlanderveen).

De afwezigen zijn vermoedelijk te ver doorgevlogen en dienen nu solo hun weg naar huis te zoeken. Hierin zijn ze onvoldoende getraind. Tijdens de lapvluchtjes denderde de grote koppel namelijk zonder problemen richting huis. Prima aan de ene kant maar aan de andere kant weet ik dat het eigenlijk een keertje mis moet gaan tijdens het lappen. De jonge duiven moeten een keertje in stukken en brokken hun weg naar huis zoeken. Solo of in kleine groepjes. Een keer zo’n drachtvlucht, waarin je als liefhebber per uur loopt te tellen hoeveel er nu eigenlijk zijn, zorgt ervoor dat ze de eerste keer in de echte reismand beter beslagen ten ijs komen.

Sommige melkers, met veel tijd, simuleren een dergelijke vlucht door de duiven per stuk of in kleine groepjes te lossen. Persoonlijk ontbreekt mij hiervoor de tijd en ik geef er dan ook de voorkeur aan om deel te nemen aan één oefenvlucht van de afdeling. De mogelijkheid hiertoe werd mij helaas dit jaar door de neus geboord. De weersvoorspellingen voor de drachtvlucht van het weekeinde van 18 juni waren mij veel te slecht (hetgeen ook bleek) en het bericht van de extra drachtvlucht afgelopen woensdag (22 juni) bereikte mij toen ik mij in Frankfurt bevond. Tijdens het inkorfmoment bevond ik mij bovendien in het vliegtuig. Niet fijn!

De eerlijkheid gebied mij te zeggen dat ik het eigenlijk een slecht besluit vond om de jonge duiven op woensdag nog een oefenvlucht in afdelingsverband te laten vliegen. De communicatie was zoals bijna gebruikelijk te laat (maandagavond). De keuze voor de woensdag was te billijken qua weer maar de woensdag als vluchtdag is feitelijk ook te laat voor jonge duiven die voor het eerst de reismand ingaan. Het is voor deze duiven tekort op de eerste wedvlucht. Zoals deze woensdag bleek was een groot aantal de hele dag onderweg en een deel kwam zelfs op donderdagmorgen. Dit verstoort de normale gang van zaken op de hokken en het coli-spook ligt in dergelijke gevallen eveneens op de loer, vooral omdat deze duiven dan op vrijdagavond weer in de mand moeten ….

Gezeten aan een vergadertafel in Frankfurt vroeg ik mij dan ook eigenlijk een beetje wanhopig af waarom het bestuur in onze afdeling altijd de moeilijke weg kiest waar er ook een makkelijke beschikbaar is/was. Ik schreef namelijk vorige week al dat het verstandig was om een extra drachtvlucht te organiseren, hetgeen gerealiseerd werd waarvoor hulde! Maar dan niet op woensdag maar op zaterdag in plaats van de eerste wedvlucht. Dat was namelijk veel simpeler. Geen extra inspanningen van bestuurders, verenigingen en vervoerders op een doordeweekse dag en voor de werkende liefhebbers gewoon de mogelijkheid om hun duiven op te wachten. Bovendien hadden/hebben we toch genoeg korte vluchtjes … Ik heb vrijwel niemand gesproken die het een slecht idee vond en ik weet uit betrouwbare bron dat het bestuur mijn schrijfsels best wel leest …. toch besloot men anders ….

Maar goed ik moest het er mee doen dus bracht ik vrijdagavond, na werktijd, mijn jonge duiven naar Aarlanderveen in plaats van naar het verenigingslokaal. Op voorhand voorzag ik er 12 van een chipring. Deze 12 waren allen vlot thuis en werden dus ingemand. Met een matig resultaat en dus nog 4 achterblijvers. Bovendien zijn er nog 2 van de 5 Belgen onderweg …. irritant.

Le Mans

Niet minder irritant werd de tweede Dagfondvlucht van het seizoen. Allereerst was er het gezeur om een losplaats te vinden. Op het programma stond Bourges, daar was het volgens de ene bron te vol op de losplaats terwijl een andere bron aangaf dat er geen lossingsvergunning voor beschikbaar was. Wat is waar? Vervolgens ging men richting Tours omdat dit Westelijker ligt/lag en dit gunstiger uit zou pakken qua weerbeeld op zaterdag (hetgeen klopte). Ook hier kon men niet lossen, naar verluidt “omdat de bomen te hoog waren”. Uiteindelijk eindigde men extreem Westelijk in Le Mans. Gelukkig was de beroemde 24-uursrace vorige week al gehouden.

Aan de losplaats “Le Mans” bewaart vrijwel niemand in  Nederland goede herinneringen gezien de slecht verlopen eerste Nationale Dagfondvlucht (voor een dergelijk konvooi was de losplaats toentertijd te klein en het weer was slecht).  Echter ook aan de tweede Le Mans in mijn duivensportcarrière zal ik geen goede herinneringen bewaren. Het werd één van mijn slechtste dagfondvluchten in jaren.

Ook hier was ik op voorhand al niet helemaal zeker van een goed resultaat. Mijn dagfond-ploeg bestaat namelijk bijna in zijn geheel uit probeersels aangevuld met een enkele vaste waarde. Deze vaste waarden zijn echter inmiddels 4 of 5 jaar oud en duidelijk en ook wel logisch op hun retour. Om deze reden korf ik er voor mijn doen veel in, in de hoop een nieuwe vaste waarde te ontdekken. Dit lukt tot op heden echter nog niet erg best, maar de vlucht van gisteren verliep in ieder geval op mijn hok bijzonder vreemd.

De duiven van Le Mans arriveerden namelijk zo ongeveer in omgedraaide volgorde qua inkorflijst. Geen van de geroutineerde dames (de top 3) en/of de duiven die dit seizoen redelijk tot goed liepen (de top 10) klasseerden zich in de uitslag! Ik kan mij bijna niet heugen zoiets te hebben meegemaakt (wellicht in 2008 toen ik ook een matig dagfond-jaar kende). De eerste duif arriveerde bovendien al te laat om enige tevredenheid uit te putten, waarna het maar liefst 20 minuten wachten was op nummer 2! De meeste duiven zagen er bovendien totaal verfomfaaid uit! Rode neusdoppen en een allesbehalve strak verenpak. Signalen van regen onderweg. Ik vraag mij echter wel af waarom mijn duiven hiervan meer last hadden dan die van de concurrentie. Wellicht schort er toch iets aan ….

Gelukkig waren bij het vallen van de duisternis de 24 weduwduivinnen wel op het hok teruggekeerd. Iets wat men in andere streken van het land niet kon zeggen. In Zuid Holland verliep de vlucht  vanuit Bourges moeizaam en dit gold ook voor de vlucht van Oost-Brabant vanuit La Souterraine. Helemaal slecht ging het in Noordoost Nederland. De dagfondvluchten vielen daar letterlijk in het water waardoor veel duiven op de vluchtdag hun hok niet konden bereiken. Hopelijk komen er vandaag nog veel na.

Qua uitslagen moet ik u de informatie schuldig blijven. De uitslagensite van de Compuclub is al sinds gisterenavond in storing.

OP EIGEN HOK

Hierover is in het eerste deel al genoeg geschreven. Het is een gewoon weer een kwestie van uithuilen en opnieuw beginnen. D.w.z. deze week nog tweemaal weg met de jonge garde en dan als het een beetje loopt inmanden voor opnieuw Minderhout. Qua oude duiven staat volgende week wederom Pont St. Maxence op het programma en hopelijk lukt het mij om de ploeg dames nog een beetje op te kalefateren …. Afwachten maar weer!

Tot volgende week,

Michel Beekman