Koud!

Koud!

Zondag 24 april 2016. De kalender wijst aan dat het nog 6 dagen duurt voor dat het Mei wordt. Het zou een opmaat naar beter weer moeten worden, echter het lijkt er op dat de weergoden vergeten zijn om op de kalender te kijken. Buiten is het vandaag bijzonder koud (en nat) hetgeen incident lijkt. Naar mijn bescheiden mening lijken de seizoenen te verschuiven. De laatste jaren is  net of het steeds later winter wordt en deze steeds langer duurt. Niet zo koud als de traditionele winter maar het is in maart en april tegenwoordig vaak kouder dan in November en December!

Koud en relatief droog, veel tot begin juni waarna de regen in de eerste maand van de meteorologische zomer vervolgens met bakken naar beneden komt, waarna de zomer het ook haar beurt weer lang uitzingt tot bijna eind oktober.

Als duivenmelkers zullen we het moeten doen met Het Weer dat we krijgen. Gelukkig maar, anders zouden we daar ook nog ruzie over krijgen. Het ogenschijnlijk veranderende klimaat maakt het er voor de melkers maar vooral voor de lossers / bestuurders echter niet gemakkelijker op. Extreem Weer en wedvluchten zijn een lastige, misschien zelfs wel moeilijke soms bijna onmogelijke combinatie. Zeker als er door derden nog over de schouder wordt meegekeken.

De vanzelfsprekendheid dat we wedvluchten vliegen is namelijk veel minder vanzelfsprekend dan menigeen denkt. Er wordt gelukkig nog net niet voor ons bepaald wat dieren/duiven-welzijn inhoudt maar wij moeten als duivensport wel laten zien dat we instaat zijn op de goede manier met onze gevederde vrienden om te gaan. Hiertoe behoort dus ook het inkorten van vluchten bij moeilijke omstandigheden. Veelal bij warmte, maar dus ook bij extreme wind of te koude omstandigheden.

Met de koude hadden de verantwoordelijken dus dit weekeinde te doen. Op voorspraak van het IWB en op advies van het nieuwe NPO-bestuur kortten veel afdelingen hun vluchten in tot een maximale vliegduur van zo’n drie uur. Voor mijn persoonlijke spelletje (als liefhebber van iets verder en iets moeilijker) een miskleun maar voor de sport in brede zin een goede zaak. Duiven kunnen prima tegen koude maar niet te lang. Een sportvriend uit Polen vertelde mij vrijdagavond dat in zijn geboorteland er met jonge duiven gevlogen werd rond Kerstmis. Soms bij temperaturen van -16 graden Celsius. Met strenge vorst dus, maar wel met een afstand van maximaal 90 kilometer!

Bij ons in de afdeling werd de vlucht dus ook ingekort. Quievrain werd Asse Zellik. Iets dat ik bij toeval op vrijdagmiddag op Facebook las maar door geen enkele van mijn clubgenoten was opgemerkt! Wellicht zou er nog eens goed moeten worden nagedacht over de communicatie van dit soort veranderingen. Een SMS bericht aan alle leden met een 06 nummer of zo … Er zou een manier moeten zijn waardoor een ieder (ruim) van te voren weet welke vlucht er gevlogen wordt.

Persoonlijk had ik al besloten om mijn jaarlingen niet te spelen, op de twee na die zich vorige week in de prijzen vlogen. De kortere afstand deed mijn besluit niet veranderen maar misschien hadden anderen die nu thuisbleven “de korf wel gepakt”.

Gelukkig bleken de weergoden op zaterdagmorgen, tijdelijk, even mee te werken. Weliswaar stond er een pittige koude Noordnoordwesten wind en kwam de temperatuur ten tijden van de vlucht niet boven de 8 graden Celsius maar het bleef (nagenoeg) droog op het traject tussen Midden België en de Kop van Noord Holland. Af en toe een flardje regen dat geen naam mocht hebben deerde de duiven en wachtende liefhebbers niet.

De lostijd van 9:00 uur bleek dus een prima keuze. De duiven vielen bijzonder compact. Niet direct qua concoursduur maar wel qua verschil tussen de aankomsttijd van de eerste duiven en de laatste duiven. In een behoorlijk aantal gevallen konden de kleppen al na halfuurtje gesloten worden, hetgeen met wind op de staart wel anders is. De duiven vlogen dit keer namelijk eens niet veel te ver.

Johan van Ackooy

De snelheid lag een fractie lager dan verwacht. Op vrijdagavond aan de bar waren een aantal sportvrienden en ik van mening dat de grens van 80 kilometer per uur nog net mogelijk zou moeten zijn. Echter de snelste duif van de lossing van sportvriend  en medespreker aan de eerder genoemde bar, Johan van Ackooy uit Hoofddorp maakte 1266 meter per minuut oftewel 76 km/u. Een snelheid die zo’n 20 jaar geleden bij dergelijke omstandigheden ondenkbaar zou zijn geweest.

Niet helemaal onlogisch vielen de meeste vroege duiven in de absolute voorhand al wisten de duiven van de rayonwinnaars van de rayons A (Udo-Duijn), C (Jan Kuijzer) en E (André Geutskens) ook nog stand te houden ondanks een afstand die toch al zo’n 30 tot 40 kilometer verder is.Wel is het opvallend dat de snelheid van de laatste duiven in de rayons D en E behoorlijk terugvalt. Een verklaring zou ik hiervoor niet direct weten. De winnaars per rayon.

Rayon A: Udo –Duijn, Heiloo, 1253 mpm

Rayon B: Dirk Ebbers, Heemskerk, 1233 mpm

Rayon C:  Jan Kuijzer, Krommenie, 1250 mpm

Rayon D: F & F Sikkelerus, Zwaag, 1205 mpm

Rayon E: André Geutskens, Purmerend, 1255 mpm

Rayon F: Combinatie van Ackooy, Hoofddorp, 1266 mpm

 

OP EIGEN HOK

Was het zoals wel vaker “weer het weekje wel”. In het kader van mijn werk moest ik voor de verandering weer eens op reis. Naar Frankfurt dit keer. Inmiddels zijn we (mijn vervangers en ik) hierop wel aardig ingespeeld maar het blijft een hele voorbereiding om eventjes van huis te zijn (drie verzorgingsbeurten woensdagmiddag en donderdag de hele dag). Zeker in het vliegseizoen. Voer mengen, pinda’s pletten, hokken goed schoonmaken, extra waterbakken neerzetten, etc. kosten gewoon meer tijd in de voorbereiding dan tijdens de reguliere verzorging. Echter vooral het nadenken of alles goed is voorbereid en beschreven kost altijd veel tijd. Helemaal foutloos bleek het niet want het voer voor de doffers had ik niet goed gemerkt waardoor uiteindelijk de weduwduivinnen op donderdagavond geen aangemaakt voer meer tot hun beschikking hadden. Veel uitgemaakt zal het niet hebben, maar ik ben nu eenmaal een perfectionist.

Tijdens de voorbereiding reed ik op dinsdagavond nog even snel naar Bergschenhoek waar een tamelijk uitgeputte jaarling duivin was opgevangen. Het was de tweede die werd opgegeven want op maandag werd er een duivin aangemeld vanuit Schoondijke in Zeeuws Vlaanderen. Niet naast de deur en nu niet direct de plaats waar je een gestrande duif van een “hard voor de wind” vlucht verwacht. Ophalen op een doordeweekse avond was gezien de afstand geen optie en gelukkig kon de duif blijven zitten tot zaterdagmiddag.

Op zaterdagmiddag na het afslaan niet blijven plakken (voor zover daar bij ons in de club überhaupt al sprake van is) maar direct in de auto gesprongen. Onderweg werden de thuisgehouden jaarlingen nog even losgelaten in Aarlanderveen om vervolgens een kleine tweeëneenhalf uur later in het mooie Schoondijke te arriveren.

Schoondijke

In Schoondijke werd ik allerhartelijkst ontvangen door de familie, vliegend onder de naam Isabel Datthijn. Echte duivenmelkers en verenigingsmensen, met wie het een klein uurtje leuk melken was. De gestrande duivin was in redelijke toestand maar nog te mager om snel weer de baan op te kunnen. Ze zal even thuisblijven tot de eerste en helaas enige Vitessevlucht ten tijden van de dagfond.

Op de terugweg aarzelende ik even om bij Hoofdplaat af te slaan. Hier woont sinds iets meer dan een jaar ras Amsterdammer en goede bekende Frits van Duin. Het was echter al te laat (18:00 uur) om even (onaangekondigd) langs te wippen. Bovendien, en eigenlijk vooral dit, moesten “de cracks” thuis ook nog de strikt noodzakelijke verzorging krijgen. Kortom er werd doorgereden en rond 20:15 uur kon de auto geparkeerd worden. De cracks zaten al hongerig te wachten.

Deze cracks lieten het op de vlucht vanuit Asse Zellik een beetje afweten. In tegenstelling tot andere weken waren ze dit keer namelijk niet ramvroeg. Zo’n twee minuten na de eerste duif die overtrok en zo’n minuut na de eerste koppel arriveerden er twee boven de hokken. Na enig positioneren landden ze een seconde of twintig later. Het bleken de 14-340, Hedora die vorig jaar bij enigszins vergelijkbare omstandigheden een eerste in het rayon vloog op Quievrain en de 15-296, Ita. Eén van de twee jaarlingen dus! Opmerkelijk. Hierna volgden de duiven elkaar snel op. Als zesde duif arriveerde de tweede jaarling! Nog bijzonderder, helaas was zij op vrijdag niet goed over de plank gehaald en stond ze niet in concours. De laatste duif werd uiteindelijk geklokt op 11:38 uur, 29 minuten na de eerste duif die uiteindelijk om 11:08:59 uur werd afgevlagd.

In de club was dit goed voor een 5e plaats achter mijn maatje Cor, die er maar liefst vier voor mijn neus draaide! In het rayon viel het daarentegen nog mee. Ondanks het tijd verschil met de eerste duiven was de aankomsttijd toch nog goed voor een 18e (en 19e) plaats tegen 3.064 duiven. Ook de serie van 34 prijzen van de 53 stemde nog tot redelijke tevredenheid. Echter ook niet meer dan dat omdat je van uitgeselecteerde meerjarige duiven mag verwachten dat ze regelmatig in tijd vliegen. Kortom er is weer wat om voor te werken komende week. Wederom staat Quievrain op het programma, als we niet worden bedrogen door de meteorologen ditmaal met een Westelijke wind. In de tussentijd nog even een dagje naar Geneve. Heen en weer op dezelfde dag. Mijn vervanger kan weer aan de bak. Al bij al afwachten maar weer.

Tot volgende week,

Michel Beekman