Van alles wat

Van alles wat

Zaterdag 27 augustus 2022. Ik zag “tot mijn schrik”, dat er al 6 weken verstreken zijn sinds ik het vorige weekstuk de digitale snelweg opslingerde. De tijd vliegt gewoonweg, ik schrijf het eigenlijk veel te vaak, maar het voelt echt zo.

20220723_164912

Nu hebben we de afgelopen weken ook niet stil gezeten. Zo gingen mijn vriendin en ik het eerste weekend na mijn vorige weekstuk een lang weekend weg. Maar we bleven dichtbij dit keer. Namelijk aan de Westkust, alwaar we het minder bekende Pulau Pankor bezochten. Eén van de weinige tropische eilandjes aan de westkust en veel mooier dan menigeen denkt.

20220723_165347

Na een aantal familieaangelegenheden in de tussenliggende weekenden, reisde ik met dochterlief ook nog een weekje naar Thailand. Oorspronkelijk voor een duikvakantie (niet voor mij) maar dit viel een beetje in het water. Het natuurgebied waar de duiklessen plaatsvinden bleek tussen half mei en half oktober gesloten en dat was mij bij het boeken niet echt opgevallen. Een beetje dom, zullen we maar zeggen.

Echter niet getreurd want Thailand is zo ongeveer het meest perfecte vakantieland in de regio. Vriendelijke mensen, heerlijk eten, behoorlijk weer (ondanks de regentijd) en een meer dan prachtig hotel. En dit alles op minder dan anderhalf uur vliegen en voor een alleszins schappelijke prijs. Wat wil een mens nog meer?

20220817_120943

Ondertussen bleef ik natuurlijk wel de artikelen over de GPS-tracks voor Het Spoor schrijven. Iets dat ik graag doe en waaraan ik best wel veel tijd besteed. Al gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat er de laatste weken geen echte grote doorbraken te melden zijn. Goede duiven, of althans duiven die met een GPS-ring om in tijd vliegen, volgen meestal een rechte(re) lijn richting het hok en hebben minder last van de afwijking naar het (Noord)westen. Ook blijkt dat sommige duiven geen last lijken te hebben van de GPS-ring (en gewoon in tijd vliegen), terwijl anderen totaal van de kaart lijken wanneer ze een ring dragen.

Het lijkt er echter wel op dat dit het laatste jaar is dat ik over de GPS-tracks zal schrijven. Ondanks de interessante vondsten (vooral in het begin van dit seizoen) lijken de meeste liefhebbers niet echt geïnteresseerd om duiven te voorzien van een GPS-ring om met de uitkomsten hiervan de sport te verbeteren. Het lijkt erop dat veel sportgenoten liever blijven hangen in aannames en dogma’s, in plaats van nieuw beleid te baseren op feiten. Als meer liefhebbers de moeite zouden nemen zouden er namelijk meer waarnemingen zijn waardoor de feiten (nog) betrouwbaarder (zouden) zijn, waardoor er een beter beleid gevoerd zou kunnen worden.

20220815_151036

Het zijn echter niet alleen de (meeste) liefhebbers die het te bezwaarlijk vinden om een paar duiven te voorzien van een tracker (uit angst om een paar puntjes te verliezen). Het is  ook het NPO-bestuur dat schromelijk faalt. Van een technocratisch bestuur als het huidige zou je toch een enigszins wetenschappelijke aanpak qua beleidsvorming rond vlieglijnen en lossingen mogen verwachten. Iets waarbij het gebruik van GPS-ringen zonder twijfel zou helpen. Echter zo op het eerste gezicht zijn er vanuit Papendaal geen enkele voornemens iets met de GPS-ringen te gaan doen. Wellicht bevallen de uitkomsten niet helemaal.

Nog erger is het overigens in België. Daar is het gebruik van GPS-ringen op de vluchten verboden (!), als mijn bron mij correct heeft ingelicht. Kennelijk wil men in dit land, dat ooit het Mekka van de duivensport was, helemaal niet weten hoe de duiven naar huis komen. Onbegrijpelijk als je het mij vraagt.

Kortom het schrijven over de tracks zal nog een paar weekjes duren, indien de paar trouwe GPS-gebruikers mij van tracks blijven voorzien. Echter daarna zal ik zo goed als zeker de pen neerleggen. Iets dat ik wel jammer vind, want er valt nog genoeg te “ontdekken”. Bijvoorbeeld over de meerdaagse fond en lossingen van vluchten die slecht verlopen.

20220817_103743

Gelukkig waren de laatste categorie vluchten, de slechte, uiterst zeldzaam dit seizoen. Ik zal de dag niet te veel prijzen voordat het avond is, maar dit seizoen lijkt één van de beste seizoenen van de laatste 50 jaar. Voor de programmaspelers werd slechts één vlucht uitgesteld en de extreem mooie zomer heeft tot op heden slechts geleid tot één weekend zonder vluchten.

Over dit laatste was natuurlijk weer veel te doen. Ik lees hetgeen erover geschreven wordt, met name op Facebook,  vaak met een besmuikte glimlach. Iedereen prijkt namelijk voor eigen parochie. Zogenaamd in het belang van de duivensport. Iedereen weet het ook beter en probeert hartstochtelijk de ander te overtuigen van het gelijk. Iets dat de ander dan ook doet maar dan vice versa. Het schiet natuurlijk allemaal geen meter op, want een eigenwijzer volk dan duivenmelkers bestaat er niet.

20220819_100847

Iets dat ook geen meter opschiet is de vogelgriep. Ik ben inmiddels de tel kwijtgeraakt, maar het aantal gebieden waar een schutskring en een vervoersverbod is afgekondigd valt niet meer op de vingers van één hand te tellen. En er komen nog dagelijks gebieden bij.

Nu de vogelgriep een Endemie is geworden (een ziekte die continu aanwezig blijft) lijkt het daarom zaak dat het beleid hierover grondig op de schop gaat. Hierbij heeft het NPO-bestuur naar ik vrees (helaas) een zeer beperkte rol. Het gaat immers vooral om het economische belang en daarin spelen postduiven geen enkele rol.

Voor de liefhebbers die het trof en op dit moment treft blijft het natuurlijk een hard gelach. Temeer daar in sommige afdelingen/gebieden alle fasen van het seizoen getroffen werden. Echter de schaal waarop liefhebbers op dit moment niet kunnen deelnemen is wel ongezien. Hopelijk zet deze trend de laatste weken van het seizoen niet door, want anders gaat het seizoen helemaal uit als een nachtkaars.

Iets dat het de laatste jaren toch wel gaat, omdat steeds minder liefhebbers deelnemen aan de Jonge duiven-midfondvluchten, terwijl ook velen na twee of drie natoervluchten de pijp aan Maarten geven. Veelal omdat het niet verloopt als gewenst.

20220819_101431

Zelf vond ik de natoer altijd één van de leukste onderdelen van het seizoen. Nog even alles op alles zetten om de duiven goed te laten vliegen voordat het stille seizoen invalt. Wellicht zorgde deze houding er ook voor dat de natoer bij mij vrijwel elk seizoen goed verliep.

Dat was overigens al zo in Diemen, toen ik deze vluchtjes nog op nest afwerkte. Ik bracht een klein ploegje duivinnen toen dagelijks een stukje weg., door iedere avond een mandje mee naar huis te nemen en ze vervolgens bij huis los te laten. Ver was het niet (5 tot 6 kilometer) en de richting was ook niet honderd procent OK, maar het zorgde er wel voor dat er veel drift op de duivinnen kwam.

Deze drift zorgde ervoor dat ze elkaar op de eerste wedvlucht van het seizoen op de plank bijna verdrongen om het hok in te gaan. In Diemen zat ik dan ook nooit laat op de eerste vlucht van dit onderdeel. En eenmaal goed gestart is het lekker vliegen en verlopen de volgende vluchten in de regel makkelijker. Immers niets motiveert een melker beter als vroege duiven.

20220819_101940

De motivatie op dit onderdeel is altijd gebleven, ook na mijn verhuizing naar Aalsmeer. Alleen speelde ik daar de duiven gewoon op weduwschap. Ik had geen zin meer in het gedoe met de kleine jongen. Voor het resultaat maakte het weinig verschil. Al was ik in Aalsmeer vaak mijn eigen vijand doordat ik te veel duiven speelde, die elkaar vervolgens bij thuiskomst vaak hinderden. Ook was het altijd worstelen met de invallende rui, maar meestal liep dit nog net goed af. Al waren de series op de laatste twee vluchten altijd wat minder.

Ik begrijp dan ook niet dat de mensen niet veel meer meedoen, zo kort voor het stille seizoen. De vluchten verlopen namelijk in de regel vlot en de verliezen zijn gering. Ook ontdekte ik er vaak nog een paar goede duiven. Duiven die in het seizoen een knauwtje hadden gekregen en die op de natoer een herkansing kregen. Ik had er zelden spijt van.

Ook las ik nog iets merkwaardigs over de kwaliteit van de opleiding op de natoervluchtjes.  Er werd veel geschreven over het feit dat de natoer een onvoldoende leerschool is voor jonge duiven. Helemaal ontkennen kan ik dit niet, maar er dient wel met enige nuance naar gekeken te worden. Er worden namelijk zeer veel latere toppers voor het eerst in hun leven gespeeld op de natoer. Ik ken veel hokken waar dit gebeurt. En met veel succes. Echter de eerste weken als jaarling moeten de duiven een beetje geluk hebben. Vaak haperen deze minder ervaren natoer jongen dan eventjes.

Dat dit ook nog niet het allerergste op aarde is heb ik zelf ondervonden. Mijn Gini, 1e asduif WHZB 2015, vloog als jong drie natoervluchtjes waarvan ik niet eens weet hoe laat ze thuiskwam. Daarna ging ze in 2014 matig van start, totdat ze het licht zag op de rampvlucht vanuit Roye. Hierna had ze het spelletje door en de rest was geschiedenis.

Kortom ik zou iedereen adviseren om te blijven meedoen. De stille tijd duurt immers al lang genoeg.

20220819_111252

In die stille tijd staat voor het eerst in jaren weer de zogenaamde Habru Duivendag gepland. Op zaterdag 8 oktober opent de werkplaats in Doetinchem haar deuren om na 2 jaar zonder forum het gekende forum weer welkom te heten. Achter de tafel zitten dit keer de erkende toppers Erik Limbourg, Jos Thoné, Jelle Jellema en Ruud Bakker. En natuurlijk staat het forum zoals altijd weer onder leiding van Gert-Jan Beute.

Zelf mocht ik er graag naar toe gaan en dit jaar zag het er zelfs even naar uit dat ik door een businesstrip weer aanwezig zou kunnen zijn. Helaas is de trip geannuleerd, maar ik zou eenieder aanraden zich in te schrijven om dit altijd leerzame forum te kunnen bijwonen.

20220819_113309

OP EIGEN HONK

Het meeste heb ik hierover al geschreven, behalve het feit dat we ook nu weer proberen het Covid spook buiten de deur te houden. Na mijn dochter in juni, was het deze week de beurt aan mijn vriendin. Ze had het lelijk te pakken en dan is het altijd maar afwachten wie het nog meer krijgt. Hopelijk blijf ik buiten schot.

Afwachten dus maar weer,

Tot een volgende keer, wanneer dit ook mag zijn,

Groet,

Michel