Wedstrijdstress in wintertijd

Wedstrijdstress in wintertijd

Zondag 15 november. Buiten is het vandaag echt herfst. Een dag om binnen te blijven omdat er buiten gewoon niets aan is. Harde wind en bij tijd en wijlen regen. Het is echt weer om niets te doen en dit komt mooi uit want ik ben namelijk niet vooruit te branden. Een soort voorjaarsmoeheid in het najaar. Misschien breken de reisjes van de laatste weken mij een beetje op of zit het griepje waarvan ik het laatste weekeinde van mijn vakantie last had nog dwars. Uitzieken doe ik namelijk eigenlijk nooit. Een nachtje onder de wol en een paar paracetamol tabletten en we gaan er weer voor. Niet helemaal ideaal maar het werkt eigenlijk al jaren.

In de duivenwereld is ogenschijnlijk rustig. Zowel op landelijk als provinciaal niveau zijn een paar hoofdpijndossiers min of meer afgesloten. Dit is een goede zaak want dit geeft tijd om te werken aan de zaken die er echt toe doen zoals een beter (moderner) vliegprogramma en/of het maken van plannen om leden te behouden / te werven. Het moet namelijk toch mogelijk zijn de passie die we met zijn allen hebben voor onze mooie sport over te brengen op ten minste nog eens 10.000 Nederlanders. Van de 17 miljoen bewoners van ons kikkerlandje moeten er toch meer dan het huidige aantal te verleiden zijn tot de zo prachtige omgang met zulke intelligente dieren als postduiven met alles wat hierbij komt kijken. Zelf ben ik geen specialist op dit gebied maar naar mijn mening zou het geld dat we nu gaan besteden aan de “verbetering van de organisatie(structuren)” beter gebruikt kunnen worden voor bovenstaande. Wat hebben we immers aan een structuur zonder leden ?

Al het mooie dat de postduivensport biedt geeft mij op dit moment ook wel een beetje stress, een soort wedstrijdstress en dat in wintertijd. Ondanks dat ik mij op een dag als vandaag (en gisteren) donders goed realiseer dat er veel meer is in deze wereld dan duiven, had ik er deze dagen en de week hiervoor behoorlijk last van.

Vandaag was het de irritatie over het ontbreken van een duivin die ik kreeg van mijn Friese vrienden uit Buitenpost. Van deze toppers kreeg ik dit voorjaar drie jongen uit het beste van het beste. Omdat vastzitters niet ideaal zijn besloot ik ze wel uit te wennen. Toen echter op de eerste dag de mooiste werd opgevreten door de klamper viel het besluit de anderen niet meer los te laten. Alle dagen dat de andere jongen naar buiten gingen pakte ik de twee overblijvers er tussenuit en sloot ze (tijdelijk) op. Tot aan vandaag. Toen ik de doffer gepakt had en op zoek ging naar de duivin kon ik haar niet vinden. Na nogmaals gekeken te hebben kon ik niets anders dan concluderen dat ze ontbrak. Een gekke ervaring maar waarschijnlijk is ze afgelopen week toen ik op dienstreis was op de een of andere wijze ontsnapt. Tijdens de vorige dienstreis leek dit al het geval te zijn met de doffer maar deze was slechts overgelopen naar het andere hok. Helaas had de duivin dit niet gedaan. Bijzonder irritant omdat juist vandaag deze duiven werden overgebracht naar mijn gemeenschappelijk kweekhok in Amsterdam Zuidoost.

Veel prijzen

Ook tot enige vorm van stress leidt het debat dat ik voer met de commissie van competitie Wie heeft ze beter / The best of the best. De details hierover zal ik in een later stadium wellicht nog eens aan het papier toe vertrouwen omdat ik nog in gesprek ben met de commissie. Hierbij toch de reden van de stress. Doel van deze gesprekken, mijnerzijds, is om te komen tot een juiste uitslag. Dat wil zeggen dat de juiste duiven de titels winnen. De titels die ze naar mijn mening behoren te winnen. Het feit dat dit niet automatisch het geval is vind ik behoorlijk irritant om het maar een mild te verwoorden. Hierbij besef ik wel dat de commissieleden hun werk ook maar uit hobby en pro deo doen. Op zich ben ik al blij dat deze mensen hun vrije tijd ten dienste stellen van anderen. Hopelijk wordt het de komende periode duidelijk en helder want op “wedstrijdstress in wintertijd” zit ik niet echt te wachten.

De grootste kampioenen van afd NH

Geen stress was er bij de volgende huldiging die deze maand op het programma stond. Ditmaal was het de afdeling Noord Holland die de kampioenen in het zonnetje zette. Een nieuwe commissie had het programma een beetje op zijn kop gegooid en van het traditionele zondagprogramma een zaterdagmiddag / avond programma gemaakt. Een goede zet want de zaal was goed gevuld en de sfeer uitstekend. Of dit kwam door het glaasje prosecco bij binnenkomst weet ik niet maar vanaf het eerste begin zat de stemming er goed in. De kampioenen werd vlot gehuldigd door voorzitter Huib Edelenbosch. Onvergelijkbaar met anderen jaren, maar de bijzondere wijze waarop spreekstalmeester Gerard Timmer dit deed viel ook niet te evenaren.

Bij de kampioenen viel een aantal sterk spelende liefhebbers op doordat zijn wel heel vaak op het podium mochten verschijnen. Opmerkelijk omdat in Noord Holland de aangewezen punten feitelijk doorslaggevend zijn. Er dienen er twee van de drie geklokt te worden en vervolgens een duif per tiental met een maximum van twee-en-een-halve duif bij de oude duiven en drie-en-een-halve duif bij de jonge duiven en op de navluchten. Het is dus geen eenvoudige opgave om kampioen te worden.

Een ander punt wat opviel is de spreiding van de kampioenen die over het algemeen goed te noemen was. Uit alle regio’s van de provincie werden kampioenen gehuldigd maar het viel op dat op sommige onderdelen dominant gespeeld werd door een bepaalde regio. Op de Vitesse en de Dagfond kwamen de eerste drie kampioenen uit de regio Amsterdam e.o. Op de Midfond kwamen twee van de drie podiumklanten uit de regio Alkmaar. Op de Jonge Duivenvluchten daarentegen stonden op twee van de drie podiumplekken melkers uit rayon D. Op de Super Vitesse was hiervan ook sprake maar op dit onderdeel was het Den Helder dat domineerde.

Gastspreker Henri van Doorn wordt geinterviewd door Bert Braspenning 2

Na de huldiging, die vlot verliep, volgde een smakelijk buffet. Dit ging rap op omdat sommige mensen kennelijk wel erg veel honger hadden …. Hierna hield Bert Braspenning een interessant gesprek met de gastspreker van de avond, Henri van Doorn uit Den Dungen. Henri vertelde geduldig hoe hij zijn duiven en die van zijn werkgever John van Wanrooij zo succesvol aan de vluchten laat deelnemen. Leuk en leerzaam.

Hierna volgde nog een bonnenverkoop van de echte toppers uit het Noord Hollandse. Deze stonden niet op internet maar werden in de zaal vlot aan de man gebracht door Marco Braspenning. Na het uitloten van de verloting konden de in grote getale opgekomen liefhebbers op tijd weer naar huis. De nieuwe wijze van huldigen was duidelijk aangeslagen.

OP EIGEN HOK

Is het echt toch wel heel erg rustig en dat is maar goed ook. Deze week was ik weer een aantal duiven van huis maar mijn vervangers kweten zich weer uitstekend van hun taak. Hierdoor viel het extra werk bij thuiskomst mee en ook dat was maar goed want op mijn werk blijft het bij tijd en wijlen een gekkenhuis. Veel tijd om de duiven goed te verzorgen, laat staan “werk” inhalen, is er niet. Iemand zei gisteren, “het is maar goed dat het winter is en geen seizoen”. Helemaal ongelijk had degene niet al gebied de eerlijkheid te zeggen dat ik mijn beste vluchtweekeinde had na een afwezigheid van vier dagen! Er is dus nog hoop voor komend seizoen al zal het niet meevallen dit seizoen te evenaren ….

De waardering voor een goed seizoen vind je overigens niet direct terug bij de opbrengst van bonnenverkopen. Vooral op internet. Het lijkt een beetje wat de gek er voor geeft. Alleen de hele grote namen krijgen al dan niet terecht de opbrengst die ze verdienen. Liefhebbers met minder naam komen er maar vaak bekaaid af. Ook duurt het in mijn ogen vaak opmerkelijk lang voordat een liefhebber een “grote naam” wordt. Soms vaak een beetje te lang terwijl anderen nog profiteren van prestaties uit het verleden. Ook wel een beetje irritant om eerlijk te zijn.

Tot volgende week,

Michel Beekman