Weer een vervelende afdelingsvergadering op komst ….

Weer een vervelende afdelingsvergadering op komst ….

Zondag 12 oktober. De ochtendstond heeft goud in de mond. Buiten prikt de zon voorzichtig door de sluier bewolking. Als het KNMI en buienradar ons niet bedriegen worden het vandaag en morgen nog echt zomerse dagen. Ideaal voor duivenmelkers. Nog een dagje (of wat) rotzooien in de tuin/hokken en de puntjes op de ‘i’ zetten voor het komende winterseizoen. Ook een ideaal moment om de vele veren die door de tuin zwerven eens aan te pakken. Door het mooie weer waaien de veren vaak in de tuin van de buren. In de regel zijn die hier niet zo op gesteld dus was is er eenvoudiger om bij mooi weer eens de bezem te pakken en de tuin te ontdoen van de veren  die wij duivenmelkers op zich zo graag zien vallen.

Zoals de duiven zich ontdoen van hun veren, zo ontdeden een aantal bestuursleden van de afdeling Noord Holland zich van hun taken. De voorzitter en drie andere bestuurders gaven de pijp aan Maarten. Over de reden hiervan worden de mooiste verhalen verspreid veelal door de bestuursleden in kwestie. Niet helemaal toevallig geven ze hun bestuursposten op nadat er zich binnen het bestuur grote meningsverschillen voordeden rond de positie van een bestuurslid.

Vergaderen 3

Nu heb ik niet zo’n moeite met het opstappen uit het afdelingsbestuur an sich want in het verleden deed ik dit zelf ook (in 2002 voor wie het vergeten was). Echter maakte ik destijds van mijn hart geen moordkuil zoals nu naar mijn mening door een aantal bestuurders wel wordt gedaan. Ze stapten volgens mij gewoon op omdat ze de conflicten binnen het bestuur zat waren EN omdat ze naar mijn mening bang zijn (mede)verantwoordelijk te worden gehouden voor het gevoerde beleid door de bestuurder die het middelpunt is van het conflict.

Inzake dit conflict is door de resterende bestuursleden zelfs een zaak aanhangig gemaakt bij het tucht en geschillencollege. Mocht deze zaak gewonnen worden en de beerput gaat open dan kunnen deze ex-bestuurders hierop ook aangesproken worden. Zelfs recente ex-bestuurders zouden hierop kunnen worden aangesproken.

Overigens speelt één van de ex-bestuurders nog steeds een hoofdrol tijdens het vliegseizoen. Op de achtergrond wel te verstaan, maar middels zijn vooraanstaande positie in de vervoerscommissie trekt hij of probeert hij nog aan veel touwtjes te trekken. Nu is er in het seizoen altijd al sprake van een competentiestrijd tussen vervoerscommissie en bestuur maar de situatie van het afgelopen seizoen was wel een beetje de kat op het spek binden. Een vooraanstaande zeer ervaren ex-bestuurder die de vervoerscommissie leidt en veel invloed uitoefent op het losplaatsbeleid en indirect de lossingen versus een onervaren groentje die leiding geeft aan het afdelingsbestuur. Als een bestuurder zich terugtrekt zou hij of zij naar mijn mening ook geen lid meer moeten zijn van belangrijke commissies. Als je als ex-bestuurder dan toch nog wat wil doen meld je dan bij de commissie die de NHK organiseert of doe iets voor de jeugd. Of desnoods op landelijk vlak.

Daarnaast vraag ik mij oprecht af wat de taak van de vervoerscommissie is en wat er feitelijk nog van resteert. Immers de trucks die onze containers trekken worden ingehuurd door de penningmeester en het onderhoud wordt slechts als het hoog nodig is verricht door derden. De noodzakelijkheid hiertoe kan bovendien iedere duivenmelker met enig gezond verstand zien dus zou deze taak eenvoudig weg bij een ‘commissaris materiaal’ kunnen worden neergelegd. Ook omdat er inzake beleidskwesties toch gewoon op bestuursniveau besloten moet worden.

Vergadereb 2

Al het bovenstaande leidt echter wel af van de problemen waar het echt over zou moeten gaan in de ALV die 24 oktober gehouden wordt. Het zou namelijk moeten gaan over het matige lossen, het warrige beleid rond losplaatsen en het gebrek aan (tijdige) communicatie hierover. En natuurlijk over de slechte begeleiding van onze duiven tijdens het vervoer. Het op vele transporten ontbreken van kundige begeleiding zal hierbij zeker een rol spelen. Op menig korte vlucht gingen helemaal geen ervaren duivenmelkers als convoyeur meer mee en ik ben zeer nieuwsgierig of dit op vluchten met de oude duiven met twee nachten mand wel het geval is geweest. Vuile duiven en duiven die met honger thuiskomen waren eerder regel dan uitzondering en dat kwam in het tijdperk dat er nog goede begeleiders waren niet of vrijwel nooit voor. Als ik het op kan brengen de vergadering te bezoeken ga ik dan ook vragen of er een lijst beschikbaar is wie op welke vlucht is mee geweest. Elke zichzelf respecterende vervoerscommissie/expediteur zou deze lijst moeten kunnen overleggen.

Een goed verlopend vliegseizoen is namelijk veel belangrijker dan de diarree aan voorstellen die sommige verenigingen hebben ingediend. De vraag is bijvoorbeeld niet welk voer er gevoerd wordt, maar dat er genoeg van gevoerd wordt. In dat op zicht is het triest om te lezen dat de discussie over het soort voer dat er gevoerd wordt door één van de meest toonaangevende verenigingen weer wordt aangezwengeld. Men wil terug naar de prehistorie toen de duiven op vrijdag nog volop mais wilden eten. Iedere goede liefhebber weet dat duiven die goed zijn voorbereid op deze dag geen mais willen eten. Gek genoeg zitten er zat goede liefhebbers in deze vereniging!

Ook het bestuur (of wat hier op dit moment nog voor doorgaat) trekt op dit moment wel een erg grote broek aan met een aantal beleidsintenties en preadviezen. Zo worden de X-vluchten na 1 jaar weer van het vliegprogramma geschrapt terwijl de oude duiven wel gewoon ingemand kunnen blijven worden (en dan is het toch een peulenschil om een uitslag te maken voor degenen die toch deelnemen, mits de codes voor de vluchten een beetje duidelijk worden vastgesteld). Het mogelijk beïnvloeden van de trek van de jonge duiven vindt dan toch nog altijd plaats (een argument van de tegenstanders van X-vluchten) omdat vooral de duivinnenspelers hun duiven wekelijks in het ritme willen houden.

Zo wordt er ook voorgesteld om de vluchten tot de Franse grens weer zo efficiënt mogelijk te vervoeren, niets mis mee op zich, maar wel als dit altijd één van de stokpaardjes was van één van de resterende bestuurders toen hij nog geen deel uitmaakte van het bestuur. Het lijkt erop dat de kans te baat wordt genomen nu dit punt door te drukken.

Een ander onduidelijk punt is het vliegprogramma. Het bestuur stuurde ons 2 versies. De vraag is welke het echte voorstel is en welke het alternatief. Ik vrees dat het voorstel met hierin slechts 5 Midfondvluchten en een te voorzichtige opbouw van het seizoen ‘het ware’ voorstel van bestuur zijde is. Als fanatiek Midfondspeler moet je het dan met slechts 5 vluchten doen …. Zucht ….

Tenslotte heb ik grote moeite met de gedachte om ook al de eerste 2 jonge duivenvluchten massaal te lossen. Voor mij persoonlijk betekent dit dat mijn jonge duiven zich bevinden in een lossing van 15.000 of meer duiven terwijl ze slechts 87 kilometer naar hun hok moeten afleggen. Ik kan u nu alvast vertellen dat het gros veel maar dan ook veel te ver doorvliegt. Zelfs met tegenwind.

Deelnemen aan de drachtvluchten zoals het bestuur voorstelt zal een beetje helpen maar voor de absolute voorhand geen soelaas bieden. Iedereen die wel eens op de voorhand duiven heeft gelet kent de beelden van duiven die willen ‘steken’ maar weer opgepikt worden door de koppels die overkomen. Om maar niet te spreken over de onervaren duiven die gewoon in de koppel blijven ‘zitten’. Zelfs bij de 3 groepslossingen die we nu kennen vindt dit nog op grote schaal plaats. Het feit dat de oude duiven, die op deze vluchten mee zijn, al lang en breed thuis zijn voordat het concours met de jongen wordt gesloten getuigt van dit feit. Het vervelende van dit voorstel is dat de besluitvorming hierover plaatsvindt door liefhebbers die niet in de voorhand wonen en dus in de regel minder last hebben!

Ik hoop dus maar dat de vertegenwoordigers van de verenigingen hun gezonde verstand meebrengen naar de ongetwijfeld weer vervelende afdelingsvergadering.

OP EIGEN HOK

Vallen de veren nog steeds volop. Gelukkig. Het zal de komende weken wel iets minder worden omdat bij een aantal koppels nog jongen in de schaal liggen. Zoals ik vorige week al schreef worden er uit de beste duiven nog een aantal jongen gekweekt. Goed voor het natuurlijke gevoel en goed om ‘het soort’ vast te leggen. Veel nadeel heb ik er het afgelopen jaar niet van ondervonden. Wellicht is het zelfs een voordeel omdat de duiven later ruien en naar mijn mening dus ook weer later beginnen met ruien. Dit jaar kon ik bijvoorbeeld de zomerjongen van 2013 (de doffers wel te verstaan) niet of nauwelijks meer spelen op de navluchten. Zij waren te ver in de rui. Niet helemaal toevallig waren ze in hun geboortejaar omstreeks november al klaar met ruien daar waar hun oudere collegae duiven nog volop bezig waren. Het waren juist deze oudere duiven die ik wel makkelijk tot het einde van het seizoen kon blijven spelen zonder dat deze verduisterd werden. Wel belicht overigens.

Nieuw meubilair 2

Voor het overige maakte ik deze week gebruik van een aantal vrije dagen om de hokken eens goed op te kuizen. Alles eens goed schoon, ook onder de roosters.

Tevens haalde ik het kloksysteem van het oude duivenhok. De met duct-tape omwikkelde aansluitingen loshalen blijft altijd een vervelend en tijdrovend klusje. Enige ervaring hierin heb ik overigens dit seizoen wel opgebouwd want op een spoetnik deed ik dit meerdere malen. Zonder resultaat overigens want de duiven werden maar niet geklokt op de spoetnik voor het dofferhok. Komend seizoen wordt deze dan ook niet meer gebruikt.

Voor het overige loopt het behoorlijk op de hokken. De oude klakduiven zijn al weer redelijk thuis in hun nieuwe onderkomen. De vraag is of het nog wat wordt  want de meesten zijn al behoorlijk op leeftijd (en versleten). De tijd zal het leren ….

Tot volgende week!

Michel Beekman